H. Paus Johannes Paulus II - 2 juni 1980
Genus humanum arte et ratione vivit. Vgl. H. Thomas van Aquino, Commentaria in Aristotelem - Sententia libri Ethicorum. Post. Analyt., n. 1 Deze woorden van een van de grootste genieën van het christendom, die tegelijk een vruchtbaar voortzetter was van het antieke denken, dragen verder dan het gebied en de hedendaagse betekenis van de oosterse cultuur, zodat zij middellandse zees of atlantisch zou zijn. Zij hebben een betekenis die van toepassing is op het geheel van de mensheid waar de verschillende tradities elkaar ontmoeten die haar geestelijk erfgoed vormen en de verschillende cultuurtijdperken. De wezenlijke betekenis van de cultuur is volgens deze woorden van de heilige Thomas van Aquino gelegen in het feit, dat zij een kenmerk is van het menselijk leven als zodanig. De mens leeft een werkelijk menselijk leven dankzij cultuur. Het menselijk leven is ook in deze zin cultuur, dat de mens zich door haar onderscheidt en verschilt van al wat verder bestaat in de zichtbare wereld: de mens kan geen cultuur missen. De cultuur is een bijzondere wijze van het 'bestaan' en van het 'zijn' van de mens. De mens leeft altijd volgens een cultuur die hem eigen is, en die op haar beurt tussen de mensen een band schept die hen ook eigen is door het intermenselijke en sociale karakter van het menselijk bestaan te bepalen. In de eenheid van de cultuur als eigen wijze van het menselijk bestaan is tegelijkertijd de verscheidenheid van culturen geworteld waarbinnen de mens leeft. In deze verscheidenheid ontwikkelt de mens zich zonder evenwel het wezenlijke contact met de eenheid van de cultuur te verliezen als fundamentele en wezenlijke dimensie van zijn bestaan en zijn zijn.