
Johannes Kardinaal Willebrands - 14 januari 1980
Het is een bijzonder voorrecht voor ons als Bisschoppen van Nederland door u te zijn bijeengeroepen in een Bijzondere Synode. Wij zien in deze bijeenkomst een beschikking van de voorzienigheid en een gebeurtenis door Gods Geest gewild, een heilig gebeuren waarin wij door u zullen worden 'bevestigd' naar het woord dat Christus tot Petrus sprak Vgl. Lc. 22, 32
Wij zijn u grote dank verschuldigd voor uw initiatief en uw wijsheid die u er toe bracht deze bijzondere vorm van Synode voor ons in te stellen. Met groot vertrouwen beginnen wij, met u en onder uw leiding, aan de bestudering van de pastorale opgaven van de Kerk in Nederland.
Uw voorganger Paus Paulus VI, zaliger gedachtenis, gaf op 15 september 1965 het Motu Proprio H. Paus Paulus VI - Motu Proprio
Apostolica Sollicitudo
Oprichting van de Synode van Bisschoppen voor de universele Kerk
(15 september 1965) uit, waar hij de Bisschoppensynode voor de wereldkerk instelde. De Paus werd hiertoe geïnspireerd door zijn apostolische wens zijn verbondenheid met de Bisschoppen, die de Heilige Geest heeft aangesteld om Gods kerk te hoeden (Hand. 20, 28) door steeds nauwere banden aan te halen. De Paus deed dat met het oog op de groeiende noden van onze dagen en ons tijdsgewricht in volle ontwikkeling. Als algemene doelstellingen voor de Bisschoppensynode gaf Paus Paulus VI aan:
Nadat Paus Paulus VI aldus de doelstellingen van de Synode had beschreven, stelde hij vast dat er drie vormen van Synode zouden zijn:
Door de Bisschoppen van één land en van één Bisschoppenconferentie samen te roepen, hebt u, Heilige Vader, een nieuwe vorm van Bisschoppensynode ingesteld. U hebt ons samengeroepen om onder uw voorzitterschap te beraadslagen over het uitoefenen van de pastorale arbeid van de Kerk in Nederland in de huidige omstandigheden, opdat de Kerk meer als 'communio' naar voren komt.
Ofschoon een nieuwe vorm, ligt deze Synode toch geheel in de lijn van het Motu Proprio, uitgevaardigd door Paus Paulus VI en wordt zij geregeld naar analogie met de richtlijnen van dat document. Reeds in het Motu Proprio H. Paus Paulus VI - Motu Proprio
Apostolica Sollicitudo
Oprichting van de Synode van Bisschoppen voor de universele Kerk
(15 september 1965) overigens voorzag Paus Paulus VI dat de Bisschoppensynode eventueel met nieuwe vormen zou kunnen worden verrijkt Vgl. H. Paus Paulus VI, Motu Proprio, Oprichting van de Synode van Bisschoppen voor de universele Kerk, Apostolica Sollicitudo (15 sept 1965).
De Algemene Synode is een bepaalde wijze van collegiaal handelen, waarin de gemeenschap van de Bisschoppen met de Paus tot uitdrukking komt, in verbondenheid met geheel de Kerk. Op analoge wijze mogen wij in deze Bijzondere Synode een uitdrukking zien van de gemeenschap van de Nederlandse Bisschoppen met de Paus en tegelijkertijd een bepaalde wijze van collegiaal handelen in verbondenheid met de Kerk in Nederland.
Door het sacrament van de Bisschopswijding zijn wij als opvolgers van de Apostelen aangesteld in een traditie die teruggaat tot het allereerste begin Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 20. Aan ons, als leden van het Bisschoppencollege, is de kerkgemeenschap van Nederland op een bijzondere wijze toevertrouwd. Deze sacramentele band die de Bisschoppen collegiaal verbindt, is door Paus Paulus VI, bij de opening van de Buitengewone Synode van 1969, beschreven als door Christus zelf gewild 'die hem heeft gewijd en geschapen'. Deze band is door de Paus nader gepreciseerd als een 'gemeenschap, een lotsverbondenheid, een broederschap en een liefde, rijker en sterker dan de liefde die gelovigen onder elkaar verbindt'. H. Paus Paulus VI, Homilie, Opening Buitengewone Bisschoppensynode over relatie Paus en Bisschoppen (11 sept 1969)
De collegialiteit blijft dus niet beperkt tot een gemeenschap van geloof. Zij wordt pas volledige werkelijkheid in een echte broederschap, zonder welke het ons niet mogelijk zou zijn vruchtbaar aan het volk van God 'het eeuwig leven bij de Vader' te verkondigen en in dat volk te verwerkelijken 'de eenheid die is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus' Vgl. 1 Joh. 1, 3-4 . Temeer verplicht ons onze Bisschoppelijke dienst, omdat de collegiale eenheid van Bisschoppen tot doel heeft de gemeenschap van het volk van God in zijn geheel te dienen.
In zijn openingstoespraak van de buitengewone zitting van de Bisschoppensynode haalde Paus Paulus VI de woorden van de Apostel Paulus aan: 'Als één lid lijdt, lijden alle leden met hem'. Hij past dit toe op de Bisschoppenconferenties met de woorden: "hoe zeer moet deze gevoeligheid leven bij hen die in de kerk meer belangrijke en zware verantwoordelijkheden te dragen hebben." De Paus besloot met te zeggen: "de collegialiteit is medeverantwoordelijkheid". H. Paus Paulus VI, Homilie, Opening Buitengewone Bisschoppensynode over relatie Paus en Bisschoppen (11 sept 1969) De verwerkelijking van de collegialiteit in de volle zin zoals wij boven hebben aangegeven, kan slechts ten dienste staan van het volk van God, tot zijn stichting en tot zijn vreugde. De concrete werkelijkheid van de kerkgemeenschap waaraan wij als Bisschoppen deel hebben, is zeer veelvormig. Haar eenheid bestaat uit een echte verbondenheid van charismata, van pastorale activiteiten en zelfs van keuzen op maatschappelijk gebied.
Wij kunnen onze taak van geloofsverkondiging, liturgieviering en pastoraal bestuur slechts vruchtbaar uitvoeren in gemeenschap met het volk van God, dat wil zeggen, door zijn concrete en veelvormige werkelijkheid in ons op te nemen en er getrouw uitdrukking aan te geven. Tegelijkertijd is de Bisschop het beginsel van eenheid in zijn Bisdom. Deze eenheid moet gestalte krijgen in veelvormigheid, liefde en vrijheid. De werkelijkheid van de kerk als 'communio' en de grote betekenis die zij op grond hiervan heeft, zijn zeer duidelijk beschreven door het Tweede Vaticaans Concilie. Het Concilie had het volk Gods op het oog, het volk dat door Jezus Christus bijeen is gebracht en op geheimnisvolle wijze vereenzelvigd is met Zijn lichaam, een lichaam waarvan alle ledematen ertoe zijn geroepen een eenheid te worden met elkaar en met Christus, door de kracht van een en dezelfde Heilige Geest" Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 7.
De collegiale orde van de Bisschoppen bestaat en kwijt zich van haar zending om deze 'communio' te verwezenlijken. Van de andere kant echter kan zo'n collegiale taak slechts worden uitgeoefend in levend contact met de geloofsgemeenschap in haar geheel. Om al deze redenen is deze Bijzondere Synode waarlijk een belevenis van de Kerk in de Heilige Geest. Wij staan klaar, Heilige Vader, om ons met geloof en vertrouwen te wijden aan de taak die u ons hebt opgedragen: de bestudering van het pastorale werk van de Kerk in Nederland in de huidige omstandigheden. Het is onze bedoeling te komen tot pastorale voorstellen van concrete aard die, met goedkeuring van de Paus, kunnen uitmonden in conclusies. Meer in het bijzonder is ons oogmerk - ik moge dat herhalen - dat de Kerk beter en duidelijker naar voren komt als 'communio'.
Wij gaan ons werk beginnen op basis van de leer van Vaticanum II over de Kerk als 'communio' en over het episcopaat als sacramenteel college. Wij dienen ook rekening te houden met de al genoemde bepalingen van het Motu Proprio H. Paus Paulus VI - Motu Proprio
Apostolica Sollicitudo
Oprichting van de Synode van Bisschoppen voor de universele Kerk
(15 september 1965) over de algemene doelstellingen van de Synode, teneinde ze toe te passen op de situatie in Nederland, vanuit de vraagstukken die zich tegenwoordig stellen.
De problemen en de taken waarmee wij geconfronteerd worden zijn de volgende:
Wij zijn u, Heilige Vader, er daarom erkentelijk voor dat wij ons rond u op deze plaats kunnen verenigen. Onze dankbaarheid wordt gedeeld door Zijne Eminentie Kardinaal Alfrink, die het werk van onze Synode met levendige belangstelling en met zijn gebed volgt.
Met u hopen en wensen wij dat deze periode van onderling contact zeer vruchtbaar wordt en een echte gebeurtenis in de Heilige Geest zal zijn.
Johannes Kardinaal Willebrands
Eerste gedelegeerde voorzitter van de Bijzonder Synode van Bisschoppen uit Nederland
Aartsbisschop van Utrecht en voorzitter van de Nederlandse Bisschoppenconferentie