21 januari 1981
De Bijbellezingen met de aan de Heilige Schrift ontleende gezangen mogen bij de Eucharistieviering niet ontbreken noch verminderd noch, wat erger is, vervangen worden door andere, niet-Bijbelse lezingen. Vgl. Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, Derde instructie voor de juiste toepassing van de Constitutie over de Liturgie, Liturgicae instaurationes (15 sept 1970), 2 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Brief, Het Mysterie en de Eredienst van de Heilige Eucharistie - Brief aan de Bisschoppen bij gelegenheid van Witte Donderdag 1980, Dominicae Cenae (24 feb 1980), 10 Vgl. Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten, Over de aanbidding van het Eucharistische Mysterie, Inaestimabile donum (3 apr 1980), 1 Want vanuit het Woord Gods, dat in de Schriften is overgeleverd, "spreekt God - nog altijd - tot zijn volk" 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 33 en vanuit een langdurige omgang met de Heilige Schrift kan het volk Gods, dat in het licht van het geloof ontvankelijk is geworden voor het onderricht van de Heilige Geest, door leven en gedrag zijn getuigenis voor Christus afleggen ten overstaan van de wereld.