
Paus Benedictus XVI - 22 februari 2007
In onze tijd is het tenslotte bijzonder dringend om eraan te herinneren dat de dag des Heren ook de dag is waarop uitgerust wordt van het werk. Wij hopen vurig dat hij als zodanig ook door de burgerlijke samenleving erkend wordt, zodat het mogelijk is vrij te zijn van bezigheden die met het werk samenhangen, zonder daarvoor te worden bestraft. De christenen hebben immers - en daarin ligt zeker een relatie met de betekenis van de sabbat in de joodse traditie - in de dag des Heren tevens de dag gezien, waarop van de dagelijkse vermoeienissen wordt uitgerust. Dat heeft ook zijn eigen bijzondere betekenis, omdat het een relativering van het werk vormt, dat zo op de mens gericht wordt: het werk is er voor de mens en niet de mens voor het werk. Het laat zich gemakkelijk inzien wat voor bescherming dat biedt aan de mens zelf, die daardoor gevrijwaard blijft van een mogelijke vorm van slavernij. Zoals ik reeds eerder gelegenheid gehad heb te bevestigen: "Het werk is voor de verwezenlijking van de mens en voor de ontwikkeling van de samenleving van het allerhoogste belang, en daarom is het nodig dat het altijd georganiseerd wordt en uitgevoerd wordt in het volste respect voor de menselijke waardigheid en ten dienste van het algemeen welzijn. Tegelijkertijd is het onontbeerlijk dat de mens zich niet door het werk laat knechten, dat hij het niet verafgoodt als zou hij in het werk de uiteindelijke en definitieve zin van het leven vinden". Paus Benedictus XVI, Homilie, Op het hoogfeest van St. Jozef (19 mrt 2006) Het is juist op de dag die aan God is toegewijd, dat de mens de zin van zowel zijn leven als van het werk verstaat. Pauselijke Raad "Justitia et Pax", Compendium van de Sociale Leer van de Kerk (26 okt 2004), 258 Vgl. Pauselijke Raad "Justitia et Pax", Compendium van de Sociale Leer van de Kerk (26 okt 2004), 258. Passend hierbij is wat het Compendium van de sociale leer van de Kerk in nr. 258 opmerkt: "Voor de mens die gebonden is aan de noodzaak van het werk, opent de rust het perspectief op een vollediger vrijheid, die van de eeuwige sabbat (vgl. Hebr. 4, 9-10). De rust maakt het de mensen mogelijk zich de werken van God, vanaf de Schepping tot en met de Verlossing, te herinneren en deze te herbeleven; zichzelf als zijn werk te erkennen en Hem te danken voor hun eigen leven en voor het eigen bestaan waarvan Hij de maker is."