
H. Paus Johannes Paulus II - 31 januari 1980
Deze te korte verwijzing naar de materie en de besluiten van de Synode volstaat om de rijkdom te laten zien van haar debatten en de omvang van het onderzoek gewijd aan de pastorale arbeid van de kerk in Nederland. Niemand ontgaat het belang van de aangeroerde onderwerpen voor de toekomstige ontwikkeling van de pastorale inspanningen van heel het volk van God. Het zij mij evenwel vergund hier een bijzonder punt te onderstrepen dat de kern van alle andere gestelde kwesties is gebleken en dat van een zeer grote betekenis zal zijn voor de toekomst van de Kerk. Ik doel hier op het authentieke ambtelijke priesterschap van de priesters zowel in zijn aard als in zijn verhoudingen tot de Bisschop en in zijn betrekking tot de inzet van de leken in de zending van de Kerk.
De opbouw van de kerkelijke gemeenschap en de uitoefening van haar zending zijn toevertrouwd aan heel de gemeenschap, maar, zoals de Dogmatische Constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Lumen Gentium
Over de Kerk
(21 november 1964) 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 30-38 zegt, wordt deze verantwoordelijkheid uitgeoefend in overeenstemming met het charisma en de plaats van ieder in het lichaam van Christus. Alle roepingen, alle diensten, alle charisma's zijn erop gericht in hun verscheidenheid de rijkdom van de kerk te manifesteren en haar eenheid te dienen. De kerk moet de volheid van haar leven tot uitdrukking kunnen brengen door de rijkdom van roepingen en charisma's, zowel in het ambtelijk priesterschap als in het apostolaat van de leken, en ook in de religieuze toewijding volgens de geest en het bijzondere doel van iedere instelling.
Maar ieder van deze bedieningen en deze diensten bezit een eigen specifiteit, en alle vullen elkaar wederzijds aan zonder met elkaar te worden verward. Terecht hebt u, dierbare broeders, de aandacht gevestigd op het belang en de noodzaak van de deelneming van de leken in de pastorale taak van de kerk; u hebt ook de actieve medewerking geprezen welke de leken u verlenen in alle Nederlandse Bisdommen en die zij worden geroepen nog meer te versterken. De Kerk zou maar moeilijk aanwezig kunnen zijn en handelen in de hedendaagse wereld zonder het werk van de leken. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over het lekenapostolaat, Apostolicam Actuositatem (18 nov 1965), 1 Maar het is van belang, zoals wij hebben onderstreept, bij het toewijzen van de taken en de afbakening van de verantwoordelijkheden het onderscheid te bewaren tussen de bijdrage van de leken en de taken die aan de priesters en de diakens zijn toevertrouwd. Daarmee is heel het belang aangegeven van de besluiten waartoe deze Synode is gekomen op het gebied van de medewerking van de leken aan de pastorale taken alsook in die van de vorming van de toekomstige priesters. Eenstemmig in het belijden van het wezenlijke onderscheid tussen het sacramentele priesterschap en het algemeen priesterschap, van de gelovigen, alsook van het blijvende karakter van het sacramentele priesterschap, hebben de Bisschoppen van Nederland ook hun zorg en hun wil uitgesproken te worden bijgestaan door een celibataire geestelijkheid en alles te doen wat hun mogelijk is om de roepingen tot het priesterschap te bevorderen. Zij voelen dezelfde zorg voor wat betreft de religieuze roeping waardoor mannen en vrouwen beantwoorden aan de oproep van God in het gewijde leven. U hebt u voorgenomen de vorming van de kandidaten voor het priesterschap in echte seminaries te waarborgen, hetzij in seminaries die de volledige opleiding geven, hetzij in andere instellingen die alle kenmerken bezitten van een seminarie hoewel een gedeelte van het onderwijs wordt gegeven door theologische hogescholen welke door de Heilige Stoel zijn erkend.
Op dezelfde wijze hebt u besloten de wenselijkheid te benadrukken van een verbintenis tot de weg van het diaconaat, gezien de bijzondere en belangrijke taak van dit permanente ambt zoals het door het Tweede Vaticaans Concilie is hersteld. U hebt vervolgens het belang van de eigen bijdrage van de leken in de Kerk opnieuw bevestigd en u bent vast besloten een beroep te doen op de medewerking van de leken in de pastorale taken die hun kunnen worden toevertrouwd overeenkomstig de aanwijzingen van de Heilige Stoel.
Ziedaar de besluiten die bijzonder veel goeds voorspellen voor de toekomst van de Kerk in Nederland. De Paus is ervan overtuigd dat allen aan deze oproep zullen beantwoorden en ook aan deze Kerk haar volle dimensie van christelijke gemeenschap zullen geven welke ook aan de dag treedt door haar missionaire werk welke zozeer met heel haar traditie is verbonden.