Paus Benedictus XVI - 24 januari 2007
Dierbare broeders en zusters,
Het thema van de 41e Werelddag van de Sociale Communicatiemiddelen: "Kinderen en de sociale communicatiemiddelen: een uitdaging voor de opvoeding", nodigt ons uit over twee zeer belangrijke met elkaar verbonden thema's na te denken. De opvoeding van de kinderen is de ene, de andere, - misschien minder herkenbaar, maar daarom niet minder belangrijk - is de opvoeding van de media.
De complexe uitdagingen, die de opvoeding zich tegenwoordig gesteld weet, staan vaak in verbinding met de toenemende invloed van de media in deze wereld. Als aspect van het fenomeen van de globalisering - en bevorderd door de snelle technologische ontwikkelingen - zijn het de media die in belangrijke mate de culturele omgeving bepalen Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Brief, De snelle ontwikkeling
Aan de verantwoordelijken voor de communicatiemiddelen, Rapid Movement (24 jan 2005), 3. Inderdaad gaan er stemmen op die zeggen dat de invloed van de media op het opvoedingsproces even groot is als die van de school, de kerk en - wellicht ook - van het gezin. "Voor veel mensen is de werkelijkheid datgene dat de media hun doen geloven dat de werkelijkheid is" Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio, Aetatis Novae (22 feb 1992), 4.
De verhouding kinderen, media en opvoeding kan vanuit twee gezichtspunten bekeken worden:
Het is een vorm van wederkerigheid, die wijst op de verantwoordelijkheid van de media-industrie en op de noodzakelijkheid van actieve, kritische deelname van lezers, kijkers en luisteraars. Wat dit betreft is het aanleren van een gepaste omgang met de media van wezenlijk belang voor de culturele, morele en geestelijke ontwikkeling van kinderen.
Hoe moet dit algemeen welzijn beschermd en bevorderd worden? Het is een verantwoordelijkheid van de ouders, kerk en school om kinderen het onderscheidingsvermogen in het gebruik van de media bij te brengen. De rol van de ouders is hierbij primair. Zij hebben het recht en de plicht om een verstandige gebruik van de media veilig te stellen door het geweten van de kinderen te vormen, opdat zij een gezonde en objectieve oordeelsvorming ontwikkelen, die hen dan bij het kiezen of afwijzen van de beschikbare programma's helpen Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 76. Daarbij dienen de ouders aanmoediging en hulp te krijgen van scholen en parochies, om zeker te stellen, dat dit zware, maar ook waardevol aspect van het ouderschap, door een grotere gemeenschap ondersteund wordt.
Opvoeding in het gebruik van de media moet positief zijn. Kinderen die in contact worden gebracht met wat esthetisch en moreel uitstekend is, worden daarin geholpen waardering, voorzichtigheid en het onderscheidingsvermogen te ontwikkelen. Daarbij is het belangrijk de fundamentele waarde van het voorbeeld van de ouders te erkennen alsmede de voordelen van het in aanraking brengen van jonge mensen met de klassieke jeugdliteratuur, de schone kunsten en de waardevolle muziek. Terwijl populaire literatuur altijd zijn plaats in de cultuur zal behouden, moet men niet lijdzaam toegeven dat op leerplekken aan de verleiding tot het sensationele bloot gesteld te worden. Schoonheid, een soort spiegel van het goddelijke, inspireert en verlevendigt het hart en de geest van de jonge mens, terwijl het haat zaaien en vulgaire houdingen een vernederende werking heeft op hun instelling en gedrag.
Zoals opvoeding in het algemeen, zo vereist de opvoeding in het gebruik van de media een oefening in vrijheid. Dit is een veeleisende taak. Te vaak wordt vrijheid voorgesteld als een rusteloos zoeken naar plezier of nieuwe ervaringen. Maar dit is afkeuring, geen bevrijding! Ware vrijheid kan nooit een individu - vooral een kind - veroordelen tot een onverzadigbare zoektocht naar nieuwigheden. In het licht van de waarheid wordt echte vrijheid ervaren door een definitief antwoord op God's "ja" aan de mensheid, waarbij Hij ons oproept te kiezen, voor alles dat goed, waar en mooi is - niet om te discrimineren, maar om vrij te maken. Zo brengen de ouders hun kinderen de diepe vreugde van het leven bij, wanneer zij als wachters van die vrijheid hun kinderen geleidelijk aan grotere vrijheid geven. Vgl. Paus Benedictus XVI, Toespraak, Tijdens de gebedswake van de 5e Wereld Ontmoeting van Gezinnen in Valencia, Spanje, Kinderen hebben het recht op een thuis zoals dat van Nazareth (8 juli 2006), 3
De hartenwens van ouders en onderwijzers om kinderen de waarden van het mooie, de waarheid en het goede te leren, kan alleen ondersteund worden door de media-industrie voor zover deze de fundamentele waarden van de menselijke waardigheid promoot, de ware waarden van huwelijk en gezinsleven en de positieve resultaten en doelen van de mensheid bevordert. Van bijzonder belang en zelfs een hoge prioriteit is de noodzaak voor de media om zich te verplichten tot een effectieve vorming en ethische standaarden, niet alleen voor de ouders en andere opvoeders, maar voor allen die een gevoel van burgerlijke verantwoordelijkheid kennen.
Vastgesteld moet worden dat de vele mensen die werkzaam zijn in de media de wens hebben, te doen wat juist is Vgl. Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Wereld Communicatie Dag, Jubileum van de Journalisten tijdens het Heilig Jaar 2000, Ethiek in de communicatie (4 juni 2000), 4, maar ook moeten wij vaststellen, dat zij die in de media werkzaam zijn aan bijzondere psychologische druk en ethische dilemma's blootgesteld zijn Vgl. Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio, Aetatis Novae (22 feb 1992), 19 omdat regelmatig de commerciële belangen de makers van mediaprogramma's tot het verlagen van de standaarden dwingen. De neiging om onder de noemer van amusement programma’s en producten – inclusief tekenfilms en video games – te maken die geweld verheerlijken en asociaal gedrag portretteren of de menselijke seksualiteit trivialiseren, is een perversie. Vooral is ze weerzinwekkend als deze programma’s bedoeld zijn voor kinderen en pubers. Hoe kan men dit "amusement" uitleggen aan jonge mensen die onder geweld, uitbuiting en misbruik te lijden hebben? Wat dat betreft zou ieder er goed aan doen na te denken over de tegenstelling tussen Christus - die "de kinderen omarmde en hen zegende, terwijl Hij hun de handen oplegde" (Mc. 10, 16) - en diegene, "die deze kleinen aanstoot geeft" en dat "men hem een molensteen om de hals deed en in zee wierp" (Lc. 17, 2). Ik appelleer opnieuw bij de verantwoordelijken van de media-industrie om de producenten op te leiden en aan te moedigen om het algemeen welzijn te beschermen, om de waarheid hoog te houden, de individuele menselijke waardigheid te beschermen en het respect voor de noden van de gezinnen te bevorderen.
De Kerk zelf is, in het licht van de heilsboodschap die haar toevertrouwd is, ook een opvoeder van de mensheid en begroet de mogelijkheid om assistentie aan te bieden aan de ouders, opvoeders, makers van mediaprogramma's en jonge mensen. De parochie- en schoolprogramma's van de Kerk dienen tegenwoordig leidinggevend te zijn bij de opvoeding tot het gebruik van de media. Vooral heeft de Kerk de wens om haar visie op de menselijke waardigheid, dat centraal staat bij alle waarlijk menselijke communicatie, te delen. "Ik zie met Christus, en kan de ander meer geven dan de uitwendig noodzakelijke dingen: de blik van de liefde die hij nodig heeft." Paus Benedictus XVI, Encycliek, God is Liefde, Deus Caritas Est (25 dec 2005), 18
Vanauit het Vaticaan, 24 januari 2007,
het Feest van de Heilige Franciscus van Sales
Paus Benedictus XVI