Antonius M. Kard. Javierre Ortas - 25 maart 1994
De vormgeving van de christelijke eredienst is volgens de plaatselijke omstandigheden ontstaan en stapsgewijs ontwikkeld binnen de grote culturele gebieden waar de blijde boodschap verspreid was. Zo zijn er verschillende liturgische families ontstaan in het Westen en het christelijk Oosten. Het rijke erfgoed van deze families bewaart getrouw de volheid van de christelijke traditie. Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1200-1203 De Kerk van het Westen heeft soms elementen van haar liturgie aan het erfgoed van de liturgische families van het Oosten ontleend. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de oecumene, Unitatis Redintegratio (21 nov 1964), 14-15 De Romeinse Kerk heeft in haar liturgie de levende taal van het volk aangenomen, allereerst het Grieks, vervolgens het Latijn en, evenals de overige Latijnse kerken, heeft zij belangrijke elementen uit het sociale leven in het Westen in haar eigen eredienst opgenomen, waarbij zij daaraan een christelijke betekenis gaf. In de loop van de eeuwen heeft de Romeinse ritus herhaaldelijk haar kracht getoond om teksten, gezangen, gebaren en riten van uiteenlopende oorsprong in zich op te nemen Teksten: vgl. de bronnen van de gebeden, prefaties en eucharistische gebeden van het Romeins missaal. Gezangen: bijvoorbeeld enkele antifonen van 1 januari, het feest Doop van de Heer, 8 september, beklag van God in de liturgische viering van Goede Vrijdag, hymnen van het getijdengebed. Gebaren: bijvoorbeeld besprenkeling, bewieroking, knielen, vouwen van de handen. Riten: bijvoorbeeld de processie met palmen, de aanbidding van het kruis in de liturgische viering van Goede Vrijdag, de kruisdagen. en ook zich aan te passen aan de plaatselijke culturen in de missiegebieden, Vgl. H. Paus Gregorius de Grote, Herderlijke Regel, Regula pastoralis. XI, 59: CCL 140A, 961-962 Vgl. Paus Johannes VIII, Bul, Goedkeuring van het gebruik van de Slavische taal in de liturgie ontwikkeld door de HH. Cyrillus en Methodius, Industriae tuae (26 juni 880). PL 126, 904 Vgl. Congregatie Propaganda Fide, Instructie over de oprichting van apostolische viacriaten in China en Indochina, Vicariis apostolicis in Sinis et Indosinis degentibus (1 jan 1654). Collectanea S.C. de Propaganda Fidea, I, 1, Rome 1907, 135 Vgl. Congregatie Propaganda Fide, Instructie over het niet-religieuze karakter van de cultus van Confucius en deelname van Katholieken daaraan, Plane Compertum Est (8 dec 1939) zelfs als in een bepaalde periode van de geschiedenis de zorg voor de uniformiteit in de liturgie de overhand had.