Aan dit internationale leven, dat in onze dagen een onophoudelijk sneller ritme krijgt, wil de Heilige Stoel, zoals gij weet, zijn bijdrage leveren. Deze ligt niet geheel, zoals gij eveneens weet, in hetzelfde vlak als die van de naties. Maar op twee punten onder andere komt de stem van de Kerk beginselen versterken, die eigen zijn aan alle staatslieden, die zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheden jegens de grote mensenfamilie.
Allereerst de onvoorwaardelijke bevestiging, onophoudelijk door de pausen verkondigd, van de absolute voorrang van het recht bij de betrekkingen tussen de mensen en de volkeren. Dwang, gebruik van geweid, blind najagen van egoïstische belangen kunnen nooit leiden tot een werkelijke ontwapening van de geesten, tot echte broederschap, tot een solide en duurzame vrede.
Pacta sunt servanda. Niet alleen het oude juridische adagium is altijd actueel; maar men kan zeggen, dat het in zeker opzicht schittert met nieuwe glans in het licht van de tragische gebeurtenissen van de laatste tientallen jaren. Want hoe meer het recht wordt vergeten, veracht, met voeten getreden, des te duidelijker komen tot uiting zijn grootheid, zijn schoonheid, zijn absolute noodzaak voor het gemeenschappelijke, geordende leven van de maatschappij en des te duidelijker blijkt ook, dat de rede, het menselijk verstand, het kalm onderhandelen, vrij van hartstocht - en per slot van rekening dus, mijne heren, de diplomatie - de menselijke betrekkingen moeten regelen en dat slechts zij in staat zijn het gebouw van de vrede op te trekken.