Jacobus Kard. Lercaro - 25 mei 1967
EUCHARISTICUM MYSTERIUM Over de Eredienst van de Eucharistie |
|||
► | DE VIERING VAN DE GEDACHTENIS DES HEREN. | ||
► | De liturgische viering op zondagen en door de week. |
Wil men nu de gelovigen ertoe brengen, het gebod van de zondagsviering van harte te vervullen en hun begrijpelijk maken, waarom de Kerk hen elke zondag bijeenroept voor de viering van de Eucharistie, dan moet men hun reeds bij het begin van het onderricht in de christelijke leer de zondag voorhouden en inprenten als de meest oorspronkelijke feestdag Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 106, waarop zij moeten samenkomen om te luisteren naar het woord Gods en deel te nemen aan het Paasmysterie.
Men steune ook de initiatieven, die van de zondag „ook een dag van vreugde en vrij-zijn van arbeid willen maken”. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 106
Het verdient aanbeveling om bij de viering op zondag de actieve deelname van heel het volk, die in de zang tot uiting komt, krachtig te bevorderen; men geve zelfs zoveel mogelijk de voorkeur aan een Mis met zang. Vgl. Congregatie voor de Riten, Over de muziek in de Heilige Liturgie, Musicam Sacram (5 mrt 1967), 16.27
Vooral op zon- en feestdagen moet men bij de vieringen in andere kerken en kapellen rekening houden met de vieringen in de parochiekerk, zodat ze een steun kunnen zijn voor de pastorale activiteit. Het verdient zelfs aanbeveling, dat kleine niet-klerikale gemeenschappen van religieuzen en soortgelijke, vooral wanneer ze werkzaam zijn in de parochie, op die dagen deelnemen aan de Mis in de parochiekerk.
Wat betreft het uur en het aantal van de Missen in de parochie moet men uitgaan van het nut van de parochiegemeenschap. Het aantal Missen mag niet zó groot zijn, dat daardoor een werkelijk efficiënte pastorale activiteit wordt belemmerd. Dit zou bijv. het geval zijn, als tengevolge van het groot aantal Missen, bij iedere Mis slechts kleine groepen van gelovigen aanwezig zouden zijn in kerken, die een veel groter aantal kunnen bevatten; of als om diezelfde reden de priesters zó met werk zouden worden overladen dat zij hun taak slechts met grote moeite kunnen vervullen.
Waar men met verlof van de Apostolische Stoel de zondagsplicht kan vervullen door reeds op zaterdagavond aan de eucharistieviering deel te nemen, moeten de zielzorgers hun gelovigen de betekenis van dit verlof goed uiteenzetten en ervoor zorgen, dat daardoor aan de zin van de zondag geen afbreuk wordt gedaan. De bedoeling immers van dit verlof is, het de gelovigen in de tegenwoordige omstandigheden gemakkelijker te maken om de dag van de verrijzenis van de Heer te vieren.
Niettegenstaande een tegenovergesteld verlof of gebruik, welk ook, mag deze Mis slechts gevierd worden op de zaterdagavond, op uren, door de plaatselijke ordinaris vast te stellen.
In deze gevallen moet de Mis gevierd worden volgens de aangifte van het calendarium voor de zondag met inbegrip van de homilie en de voorbeden.
Dit alles geldt ook voor het geval ergens een Mis, om dezelfde reden, gevierd mag worden op de vooravond van een verplichte feestdag.
Als avondmis daags vóór Pinksterzondag neme men de huidige vigiliemis met Credo. Zo neme men ook als avondmis daags vóór Kerstmis de vigiliemis en wel volgens de ritus van een feestdag met witte paramenten, met Alleluja en de prefatie van Kerstmis. De avondmis daags vóór Paaszondag mag niet beginnen vóór de schemering of in elk geval niet vóór zonsondergang. Deze Mis is altijd de Mis van de Paasvigilie, die vanwege haar bijzondere betekenis in het liturgisch jaar en in heel het christelijk leven gevierd moet worden met de liturgische ceremonies van de Paasnacht, overeenkomstig het ritueel van de vigilie.
De gelovigen, die op bovengenoemde wijze de viering van een zondag of verplichte feestdag op de vooravond beginnen, kunnen de heilige Communie ontvangen, ook als zij reeds ’s morgens hebben gecommuniceerd. Degenen, die „in de Mis van de Paasvigilie en in de nachtmis van Kerstmis te communie zijn geweest, kunnen opnieuw de communie ontvangen in de tweede Mis van Pasen en in één van de Missen, die op Kerstdag worden gevierd”. Concilium ter uitvoering van de Constitutie heilige liturgie, Instructie voor de uitvoering van de Constitutie over de heilige Liturgie, Inter Oecumenici (26 sept 1964), 60 Eveneens „kunnen de gelovigen, die op Witte Donderdag in de Mis van het chrisma gecommuniceerd hebben, opnieuw te communie gaan in de avondmis van die dag”, overeenkomstig de Instructie Congregatie voor de Riten
Tres abhinc annos
Tweede Instructie voor de juiste uitvoering van de Constitutie over de H. Liturgie
(4 mei 1967) van 4 mei 1967.
Dit verdient vooral aanbeveling op bepaalde dagen, die met bijzondere zorg behoren gevierd te worden, vooral in de Vasten en in de Advent en eveneens op minder plechtige feesten van de Heer, op sommige feesten van de Moeder Gods of van de heiligen die speciaal in ere staan in de universele Kerk of in een particuliere Kerk.