H. Paus Paulus VI - 25 januari 1964
Wat het bidden van het goddelijk officie aangaat, verklaren wij nog: de religieuzen van ieder instituut, die krachtens hun regel ofwel gedeelten van het goddelijk officie bidden ofwel een of ander klein officie, op dezelfde wijze samengesteld aIs het goddelijk officie en officieel goedgekeurd, verrichten het publieke gebed van de Kerk. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 98