H. Paus Johannes Paulus II - 28 januari 1979
In een van zijn prachtige catechetische lessen, waarin hij sprak over de deugd van hoop, waarschuwde paus Johannes Paulus I:
“Het is een dwaling te beweren, dat de politieke, economische en maatschappelijke bevrijding samen valt met de verlossing in Jezus Christus, dat het ‘Rijk Gods’ vereenzelvigd kan worden met het ‘Rijk van de mens’”.
In sommige gevallen propageert men een houding van wantrouwen ten opzichte van de ”institutionele” of ”officiële Kerk, die dan beschouwd wordt als vervreemdend of strijdig met de Kerk van het volk. Deze Kerk van het volk zou ontspringen uit het volk en concrete vorm aannemen in de armen. Deze posities kunnen verschillende graden aannemen van vormen van bekende ideologische determinaties, welke niet altijd gemakkelijk precies te bepalen zijn. Het concilie heeft ons duidelijk voor ogen gehouden, wat de aarde en de zending van de Kerk is. Het heeft ons eraan herinnerd, hoe haar diepe eenheid en blijvende opbouw worden bewerkstelligd door hen, die belast zijn met dienstwerk aan de gemeenschap en die daarbij moeten rekenen op medewerking van het gehele volk Gods. Inderdaad:
“indien het evangelie dat wij verkondigen, verscheurd lijkt te zijn door leerstellige verschillen, door ideologische polarisaties of door wederzijdse veroordelingen van christenen onderling en zo ten prooi is aan hun verschillende meningen over Christus en de Kerk alsook vanwege hun verschillende opvattingen over samenleving en menselijke instellingen, hoe kan men dan en, dat degenen tot wie wij onze verkondiging richten, niet verontrust, onzeker en zelfs geschokt worden?” H. Paus Paulus VI, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de Evangelisatie in de Moderne Wereld, Evangelii Nuntiandi (8 dec 1975), 77.