H. Paus Johannes Paulus II - 28 januari 1979
Met het oog op wat tot nu toe werd gezegd, ziet de Kerk met diepe droefheid
”de soms massale vermeerdering van de schending van de mensenrechten in vele delen van de wereld...”
Wie kan ontkennen, dat heden ten dage individuele personen in burgerlijke machten strafloos de grondrechten van de menselijke persoon schenden, zoals het recht om geboren te worden, het recht om te leven, het recht op verantwoorde voortplanting, het recht op arbeid, op vrede, op vrijheid en sociale gerechtigheid, het recht om deel te hebben aan beslissingen die het eigen volk en de naties betreffen? En wat moeten we zeggen wanneer wij ons geplaatst zien tegenover de verschillende vormen van collectief geweld zoals rassendiscriminatie van personen en groepen, het gebruik van lichamelijke en geestelijke folteringen tegenover gevangenen en politiek andersdenkenden? De lijst wordt nog groter, wanneer wij kijken naar gebeurtenissen als ontvoeringen van personen politieke redenen of kapingen om materieel gewin die op zo’n dramatische wijze het familieleven en de maatschappij aanranden” H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Boodschap bij gelegenheid van de 30e verjaardag van de ondertekening van de VN-verklaring van de Rechten van de mens, 10 december 1978, Godsdienstvrijheid voor iedereen (2 dec 1978).
Eens te meer roepen wij: eerbiedig de mens! Hij is het beeld van God! Verkondig het geloof zodanig, dat deze waarheid werkelijkheid wordt! Opdat de Heer en harten verandert en de politieke en economische systemen menselijker zal maken, met als uitgangspunt de verantwoorde inspanning van de mens.