H. Paus Paulus VI - 1 januari 1968
Broeders en Zonen! Alle mensen die naar ons luisteren!
Vrede' Vrede! Het is de vrede die wij u aankondigen en die wij u toewensen in het nieuwe jaar! Vrede aan u die hier tegenwoordig zijl. burgers van dit Rome, dat haar beschaving heeft willen uitdrukken en vastleggen in de 'Pax romana', die gebaseerd is op de universele uitbreiding van de rechten van haar burgers die trots en vrij zijn binnen wijze en dynamische juridische instellingen: weest u bewust van zo'n erfgoed en maakt het u waardig!
Vrede ook aan u die de gasten zijt van deze stad, bezoekers en pelgrims: gij zijt vanuit Italië of van ieder ander land hierheen gekomen en gij hebt u niet als vreemdelingen maar als vrienden één gevoeld met deze broederlijke bevestiging van de grote en gemeenschappelijke gevoelens van menselijkheid! Vrede aan allen die onze uitnodiging hebben ontvangen om deze eerste dag van het burgerlijk jaar te wijden aan dit grote ideaal van de vrede als om er voor iedere dag, voor iedere activiteit in het komende jaar een hoopvolle verwachting en een verbintenis van te maken, Wij danken u allen: in het bijzonder u die de leiders zijt van de volkeren; u die recht spreekt; u professoren en navorsers van de waarheid en de cultuur: u de oud-strijders, die beter dan wie ook weten, welk een verovering de vrede is, daar gij het hebt geleerd door de lichamelijke en morele littekens van uw lichaam en uw ziel in de laatste oorlogen; u de jeugd, u de arbeiders, u allen, mannen en vrouwen die in uw oprechtheid aanvoelt, wat goed is voor de moderne maatschappij: u allen danken wij voor uw instemming met deze gemeenschappelijke viering van de vrede.
Moge overal waar vandaag dit gezegend woord weerklinkt u op dit ogenblik onze vaderlijke en broederlijke groet bereiken en onze vredeswens met al wat de vrede mee moet brengen: de orde, de gemoedsrust, de vreugde, de broederlijkheid, de vrijheid, de verwachting, de energie en de zekerheid in de arbeid, het besluit om opnieuw te beginnen en voort te gaan, een gezonde en eerlijk verdeelde welvaart en tenslotte die geheimzinnige mogelijkheid tot vreugde bij het ontdekken van de levensbetrekkingen met Hem die er zowel het intieme princiep als het hoogste einddoel van is: de God van de vrede.
Het zou kunnen schijnen, dat er aan dit onmetelijke en geweldige onderwerp niets meer toe te voegen is.
En toch, terwijl wij dit profetisch woord vrede uitspreken en herhalen - het vriendelijkste en menselijkste woord dat ooit werd gebruikt -, voelen wij in onze ziel een gevoelen ontstaan dat wij niet kunnen verzwijgen, al was het slechts, omdat het gevaar loopt onze roep om vrede te verstikken en de verwachting teleur te stellen die zij meebrengt. Het is het aanvoelen van de moeilijkheden die zich stellen tegenover de komst van de vrede. Deze moeilijkheden worden door de tegenwoordige tijdsomstandigheden in de wereld geopenbaard en opgedrongen met een kracht die ze fataal en onoverkomelijk schijnt te maken: de vrede bijvoorbeeld heerst heden niet in bepaalde delen van de wereld en met name niet in een gebied dat geografisch ver van ons verwijderd is, maar dat ons geestelijk zeer nabij ligt. Gij weet heel goed, dat wij Vietnam bedoelen. Als wij zonder vooringenomenheid de menselijke belangen onderzoeken die op het spel staan en de eer van de betrokken partijen, dan schijnt ons de weg naar de vrede open te staan en mogelijk te zijn, zelfs al is zij moeilijk en dient zij in etappen te geschieden. Maar reeds ontstaan er nieuwe en verschrikkelijke hinderpalen, die door nieuwe problemen en nieuwe bedreigingen een reeds zo ingewikkelde toestand nog ingewikkelder maken en de gevaren, de wraakzucht, de ruïnes, de tranen en de slachtoffers komen vermeerderen.
Wij zouden de geduchte catastrofe van een eindeloze oorlog, van een oorlog die zich voortdurend uitbreidt, willen bezweren. Wij durven de machten die in dit conflict betrokken zijn, aansporen om iedere daad te beproeven die tot een eervolle oplossing zou kunnen leiden; wij richten deze zelfde oproep tot de internationale instellingen die de mogelijkheid bezitten om tussenbeide te komen. Vandaag nog bezweren wij de betrokken partijen om een oprechte en duurzame wapenstilstand in deze ernstige en meedogenloze strijd tot stand te brengen: is dit niet wenselijk voor allen? Is het in praktijk niet mogelijk, dat eerlijke onderhandelingen de eendracht onder de bewoners van dit dierbaar en gastvrij land terugbrengen door hun de onafhankelijkheid en de vrijheid te garanderen? Wij denken het en wij wensen het, 'hopend tegen iedere hoop in'. Wij worden in deze hoop aangemoedigd door het inwilligen van een verlenging van enkele uren in de wapenstilstand die reeds in de geest van onze uitnodiging voor de dag van de vrede voor deze eerste dag van het jaar is vastgesteld: een klein, bijna zuiver symbolisch, teken, maar vol hoffelijkheid en rijk aan betekenis, dat door ons en zeker door allen sympathiek wordt aanvaard als een voorteken van betere gebeurtenissen.
Het zeer droevige geval van Vietnam is voldoende om te laten zien, hoe moeilijk de vrede is, zelfs wanneer zij mogelijk blijft; zij is moeilijk, wanneer het geschil zich afspeelt op ideologisch plan. In deze veronderstelling komt de verwarring van de oordelen en de meningen de toestand nog verergeren. De wereld ziet toe, raakt in vuur, geeft commentaar en betreurt, terwijl zij tracht te begrijpen, waar zich de rechtvaardigheid bevindt. En vanwege de moeilijkheid om tot de goede oplossing te komen, voelt zij in zichzelf de bekoring opkomen om de vrede naar de wereld van de utopie te verwijzen: een grote utopie die gerekend dient te worden onder de beste krachten die in de geschiedenis werkzaam zijn, maar die voorbestemd is om altijd bedrieglijk te blijven.
Dit aspect van het probleem van de vrede, namelijk de moeilijkheid om haar tot stand te brengen en te handhaven, is de voornaamste reden die ons aanspoort om erover te spreken en die ons verplicht te verklaren, zelfs tegen iedere schijn in, dat de vrede altijd mogelijk is en dat de plicht tot het sluiten van vrede steeds aanwezig is. Dit vertrouwen en deze plicht vormen juist de inspiratie van onze strijd voor de vrede. Ja, de vrede is mogelijk, omdat de mensen van nature goed zijn en zijn gericht op rede, op de orde en het algemeen welzijn; zij is mogelijk, want zij bevindt zich in het hart van de nieuwe mensen, van de jeugd, van hen die de vooruitgang van de beschaving begrijpen; zij is mogelijk, omdat de stemmen die haar opeisen de dierbaarste stemmen zijn, die van onze kinderen, die van de slachtoffers van de menselijke conflicten: de gewonden, de vluchtelingen, de noodlijdenden; die van de moeders in tranen; die van de weduwen; die van de doden; stemmen die alle roepen: vrede, vrede! Ja, de vrede is mogelijk, want Christus is op de wereld gekomen en heeft de universele broederschap verkondigd en de liefde geleerd.
Zij is moeilijk, zeker, want heel dikwijls, de goede bedoelingen ten spijt, moet de vrede, alvorens aanwezig te zijn in de gebeurtenissen en de uitwendige organisaties, in de harten heersen, daar waar zich verborgen houden het egoïsme, de trots, de dromen van macht en overheersing, de ideologie van de partijdigheid, van het geweld, van de opstand met de dorst naar wraak en naar bloed.
Broeders en zonen: de dag van de vrede komt in opstand tegen deze buitensporigheid van onmenselijke ideeën, van trotse instincten en van oorlogszuchtige passies. Op de vorming van sterke en goede harten richt zich onze inspanning voor de overwinning van de vrede, van de harten die begrijpen, dat iedere mens een broeder is, dat het mensenleven heilig is, dat de grootmoedigheid van de vergiffenis en het vermogen tot verzoening een grote kunst zijn in het sociale en politieke. leven.
Waar kan onze inspanning op uitlopen? Is zij ook niet een nutteloze moeite die bestemd is om het aantal gemiste pogingen te vermeerderen? Broeders en Zonen, het zou zo zijn, als zij niet was geïnspireerd en werd gesteund door een bovennatuurlijke hulp, die van God, onze zeer goede en barmhartige Vader. Het gebed kan deze hulp verkrijgen en haar doen binnendringen in de verwikkelingen van de menselijke geschillen om deze op een gelukkige en onverhoopte wijze te ontwarren.
Wij nodigen u daarom uit tot gebed, een eenstemmig en eensgezind gebed, voor de vrede in de wereld.
Tot slot sprak de paus in 11 talen (Italiaans, Frans, Engels, Spaans, Duits, Portugees, Pools, Grieks, Vietnamees, Russisch, Chinees) de wens uit: 'Vrede aan de wereld, in de naam van de Heer!'