H. Paus Johannes Paulus II - 22 oktober 1996
Alvorens u enige meer specifieke gedachten voor te leggen over het thema van de oorsprong van het leven, en van de evolutie, zou ik eraan willen herinneren, dat het leergezag van de kerk zich al heeft uitgesproken over deze themata, in het kader van haar eigen competentie. Ik zal hier twee voorbeelden van citeren. In zijn Encycliek Paus Pius XII - Encycliek
Humani Generis
Over sommige valse meningen die de grondslagen van de Katholieke leer dreigen te ondermijnen
(12 augustus 1950) (1950), had mijn voorganger Pius XII al bevestigd dat er geen tegenstelling was tussen de evolutie en de geloofsleer over de mens en zijn roeping, mits bepaalde vaste punten niet uit het oog verloren zouden worden. Paus Pius XII, Encycliek, Over sommige valse meningen die de grondslagen van de Katholieke leer dreigen te ondermijnen, Humani Generis (12 aug 1950), 36
Toen ik op H. Paus Johannes Paulus II - Toespraak
Over Galileo Galileï
Tot de deelnemers aan de algemene vergadering van de Pauselijke academie van wetenschappen (31 oktober 1992) ontving heb ik van mijn kant de gelegenheid gehad om, naar aanleiding van Galileï, de aandacht te vestigen op de noodzaak van een strikte hermeneutiek, voor de correcte interpretatie van het geïnspireerde woord. Het is nodig om de eigen betekenis van de Schrift goed af te bakenen, terwijl men onjuiste interpretaties opzij schuift, die haar doen zeggen wat niet in haar bedoeling ligt. Om het terrein van hun eigen studie-object goed te markeren, moeten exegeet en de theoloog op de hoogte blijven van de resultaten, waartoe de natuurwetenschappen leiden. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Bij gelegenheid van het eerste eeuwfeest van de Encycliek "Providentissimus Deus" en de 50e verjaardag van de Encycliek "Divino Afflante Spiritu" (23 apr 1993), 13. waarin de aankondiging van het document De interpretatie van de bijbel in de kerk