H. Paus Johannes Paulus II - 2 juni 1985
De apostelen van de Slaven, de heilige Cyrillus en Methodius, en het omvangrijke evangelisatiewerk dat zij verwezenlijkten, blijven in de herinnering van de Kerk. Men mag zelfs zeggen dat hun gedachtenis in onze tijd bijzonder levendig en actueel is geworden.
Vanwege de dankbare verering welke de heilige broers uit de stad Thessaloniki sinds eeuwen genieten, vooral van de Slavische volkeren, en indachtig de onschatbare bijdrage welke zij leverden aan het werk van de evangelieverkondiging onder die volkeren en tegelijkertijd aan de verzoening het vriendschappelijk samenleven, de menselijke ontwikkeling en het respect voor de wezenlijke waarden van elke natie, heb ik met de apostolische brief H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Egregiae Virtutis
Over de HH. Cyrillus en Methodius (31 december 1980) van 31 december 1980 de heilige Cyrillus en Methodius tot medepatronen van Europa uitgeroepen. Daarmee volgde ik de lijn welke door mijn voorgangers werd aangegeven, en vooral door Leo XIII die meer dan honderd jaar geleden, op 30 september 1880, met de encycliek Paus Leo XIII - Encycliek
Grande Munus
Over de HH. Cyrillus en Methodius (30 september 1880) Vgl. Paus Pius XI, Brief, Aan de Aartsbisschoppen en Bisschoppen van het rijk van de Serven, Kroaten en Slovenen en van de republiek Tsjechoslowakije, Quod S. Cyrillum (13 feb 1927) Vgl. H. Paus Johannes XXIII, Apostolische Brief, Aan de Bisschoppen van de Slavische naties ter herdenking van de 11e eeuwfeest van de komst van de HH. Cyrillus en Methodius in Groot-Moravië, Magnifici Eventus (11 mei 1963) Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Brief, Bij het elfde eeuwfeest van de dood van de H. Cyrillus, Antiquae nobilitatis (2 feb 1969) de verering van de twee heiligen tot heel de Kerk uitbreidde, en van Paulus VI die met de apostolische brief H. Paus Paulus VI - Apostolische Brief
Pacis Nuntius
Afkondiging van Abt Benedictus tot voornaamste Patroon van geheel Europa
(24 oktober 1964) van 24 oktober 1964 de heilige Benedictus tot patroon van Europa uitriep.
Het H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Egregiae Virtutis
Over de HH. Cyrillus en Methodius (31 december 1980) van vijf jaar geleden had ten doel het besef van deze plechtige daden van de Kerk te verlevendigen en wilde de aandacht van de christenen en van alle mensen van goede wil die het welzijn, de eendracht en de eenheid van Europa ter harte gaan, op de altijd levende actualiteit vestigen van de voortreffelijke figuren van Benedictus, Cyrillus en Methodius als concrete voorbeelden en geestelijke steun voor de Christenen van onze tijd en vooral voor de volkeren van het Europese continent, die reeds lang en vooral dank zij het gebed en het werk van deze heiligen, bewust en op hun eigen manier in de Kerk en de christelijke traditie zijn geworteld.
De publicatie van mijn genoemde H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Egregiae Virtutis
Over de HH. Cyrillus en Methodius (31 december 1980) in 1980, welke werd ingegeven door de vaste hoop op een geleidelijke overwinning van alles wat in Europa en in de wereld de kerken, naties en volkeren verdeelt, sloot aan bij drie beweegredenen die het voorwerp van mijn gebed en bezinning waren. De eerste was de 1100e verjaardag van de pauselijke brief Paus Johannes VIII - Bul
Industriae tuae
Goedkeuring van het gebruik van de Slavische taal in de liturgie ontwikkeld door de HH. Cyrillus en Methodius (26 juni 880) Magnae Moraviae Fontes Historici, t. III, Brno 1969, pp. 197-208 waarmee Johannes VIII in 880 het gebruik van de Slavische taal goedkeurde in de liturgie welke door de twee heilige broers was vertaald. De tweede werd gevormd door de honderdste verjaardag van de genoemde encycliek Paus Leo XIII - Encycliek
Grande Munus
Over de HH. Cyrillus en Methodius (30 september 1880). De derde was het begin, juist in 1980, van de gelukkige en veelbelovende theologische dialoog tussen de Katholieke Kerk en de Orthodoxe Kerken op het eiland Patmos.
In dit document wil ik vooral verwijzen naar de Paus Leo XIII - Encycliek
Grande Munus
Over de HH. Cyrillus en Methodius (30 september 1880) waarmee Paus Leo XIII de Kerk en de wereld wilde herinneren aan de apostolische verdiensten van de beide broers: niet alleen van Methodlus die volgens de traditie zijn leven in 885 in Velehrad in Groot Moravië beëindigde, maar ook van Cyrillus die reeds in 869 door de dood van zijn broer werd gescheiden in Rome, de stad die zijn relikwieën ontving en nog altijd met grote eerbied bewaart in de oude basiliek van de heilige Clemens. Ter gedachtenis aan het heilig leven en de apostolische verdiensten van de beide broers uit Thesssaloniki stelde Leo XIII hun feestdag vast op 7 juli. Na het Tweede Vaticaans Concilie werd het feest ten gevolge van de liturgische vernieuwing naar 14 februari verplaatst, de dag dat de heilige Cyrillus volgens de geschiedenis naar de hemel verhuisde. Alleen in enkele Slavische landen wordt het feest nog op 7 juli gevierd
Meer dan een eeuw na het verschijnen van de encycliek van Leo XIII geven de nieuwe omstandigheden waarin het elfde eeuwfeest van de zalige dood van de heilige Methodius valt, aanleiding om opnieuw uiting te geven aan de herinnering welke de Kerk aan deze belangrijke verjaardag bewaart. En daartoe voelt zich vooral de eerste Paus verplicht, die vanuit Polen, en dus uit het midden van de Slavische volkeren, op de zetel van de heilige Petrus werd geroepen.
De gebeurtenissen van de laatste eeuwen vooral van de laatste decennia hebben ertoe bijgedragen met de religieuze herinnering ook de historisch-culturele belangstelling voor de twee heilige broers te wekken, van wie de bijzondere charisma's in het licht van de eigen situaties en ervaringen van onze tijd nog beter kunnen worden begrepen. Daartoe hebben vele gebeurtenissen bijgedragen die als waarachtige tekenen des tijds tot de geschiedenis van de twintigste eeuw behoren, en op de eerste plaats de grote gebeurtenis die in de Kerk heeft plaats gehad: het Tweede Vaticaans Concilie. In het licht van het leergezag en de pastorale bedoeling van deze universele synode kunnen wij op een nieuwe wijze - rijper en dieper - naar deze mannen opzien, die elf eeuwen geleden leefden, en uit hun leven en apostolische werkzaamheden ook leren wat deze inhouden en welke de goddelijke voorzienigheid erin legde, zodat ze in onze tijd in een nieuwe volheid worden ontdekt en nieuwe vruchten dragen.