H. Paus Johannes Paulus II - 2 juni 1985
De heilige Methodius bleef trouw aan de woorden die Cyrillus op zijn sterfbed tot hem had gesproken: 'Welaan broer, wij waren lotgenoten door dezelfde voor te ploegen; ik val op het veld omdat mijn dag ten einde is. Maar jij - ik weet het - houdt zeer veel van de berg; maar geef omwille van de berg niet je levenstaak op. Waar zou je in feite beter behouden kunnen worden? Anoniem, Vita Methodii. VI, 2-3,Constantinus et Methodius Thessalonicenses, Fontes, recensuerunt et illustraverunt Fr. Grivec et Fr. Tomši? (Radovi Staroslavenskog Instituta, Knjiga 4, Zagreb 1960), p. 255
Nadat hij tot aartsbisschop was gewijd voor het gebied van het oude bisdom Pannonië en tot pauselijk legaat 'ad gentes' (dat wil zeggen bij de Slavische volkeren) was benoemd, nam hij de kerkelijke titel aan van de herstelde bisschopszetel van Sirmium. Maar zijn apostolisch werk werd onderbroken door politieke en godsdienstige beroeringen die ertoe hebben geleid, dat hij twee jaar gevangen werd gehouden op beschuldiging zich in de bisschoppelijke jurisdictie van een ander te hebben gemengd. Alleen door tussenkomst van Paus Johannes VIII werd hij daaruit bevrijd. Ook de nieuwe heerser van Groot Moravië, vorst Svatopolk, wees het werk van Methodius totaal af door bezwaar te maken tegen de Slavische liturgie en in Rome twijfel te zaaien over de rechtzinnigheid van de nieuwe aartsbisschop. In 880 werd Methodius daarom ad Limina Apostolorum ontboden om zelf nogmaals de hele zaak aan Johannes VIII uiteen te zetten. Nadat hij van alle schuld was vrijgesproken kreeg hij in Rome van de Paus gedaan, dat deze de apostolische brief Paus Johannes VIII - Bul
Industriae tuae
Goedkeuring van het gebruik van de Slavische taal in de liturgie ontwikkeld door de HH. Cyrillus en Methodius (26 juni 880) uitgaf, welke tenminste in hoofdzaak de voorrechten herstelde die door zijn voorganger Hadrianus II waren verleend en het gebruik van de Slavische taal in de heilige liturgie betroffen.
Toen hij zich in het jaar 881 of 882 naar Constantinopel begaf, werd ook door de Byzantijnse keizer en patriarch Photius, in die tijd nog in volledige gemeenschap met de Apostolische Stoel verbonden, op gelijke wijze erkend, dat Methodius zich geheel rechtmatig had gedragen en de rechtzinnige leer had verkondigd. In de laatste jaren van zijn leven vertaalde hij vooral andere delen van de Heilige Schrift en de liturgische boeken in het Slavisch, evenals de werken van de kerkvaders en ook de verzameling van Byzantijnse kerkelijke en burgerlijke wetten, welke de Nomocanon wordt genoemd. Bezorgd dat het werk dat hij begon, na zijn dood voortgang zou vinden, wees hij zijn leerling Gorazd als zijn opvolger aan. Hij ontsliep vervolgens op 6 april 885 in dienst van de Kerk welke hij onder de Slavische volkeren had gesticht.