Paus Benedictus XVI - 8 juli 2006
Dierbare broeders en zusters,
Ik ben zeer verheugd deel te nemen aan deze gebedsontmoeting waarin we het goddelijke geschenk van het gezin vieren willen. Ik ben in gebed allen nabij, die pasgeleden omkwamen bij het tragische ongeluk in deze stad Red.: Maandag 3 juli was een metro ontspoord waarbij minstens 34 mensen om het leven kwamen en ik ben hen in de hoop van de Opgestane Christus nabij; een hoop die ook op momenten van het grootste menselijk lijden moed en licht geeft.
Verenigd in het geloof in Christus, zijn we hier uit zovele delen van de wereld verzameld. Wij zijn een gemeenschap, die met vreugde getuigenis aflegt, dat de mens als beeld en gelijkenis van God geschapen is om lief te hebben en dat hij zich daarin ten volle realiseert wanneer hij zichzelf oprecht aan de ander geeft. Het gezin is de gepriviligeerde plaats, waar ieder mens leert liefde te geven en te ontvangen. Daarom wil de Kerk altijd haar pastorale zorg uiten over deze werkelijkheid die zo fundamenteel is voor de mens. En daarom leert de Kerk: God, die liefde is en die de mens uit liefde heeft geschapen, heeft hem geroepen tot liefhebben. Bij de schepping van de man en de vrouw heeft Hij hen tot het Huwelijk geroepen vanwaarbij zij een innige gemeenschap van leven en liefde met elkaar delen: “zo zijn zij dus niet langer twee, één vlees als zij geworden zijn" (Mt. 19, 6). Catechismus-Compendium, Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk (28 juni 2005), 337.
Dit is een waarheid, die de Kerk onvermoeibaar in de wereld uitdraagt. Mijn vereerde voorganger Johannes Paulus II zei dat de mens “niet alleen door zijn eigen mens-zijn beeld en gelijkenis van God is geworden, maar ook door de gemeenschap van personen die man en vrouw van het begin af vormen... De mens wordt niet zozeer beeld van God op het moment van de eenzaamheid maar eerder op het moment van de gemeenschap.” H. Paus Johannes Paulus II, AudiĆ«ntie, Theologie van het Lichaam,
Deel 1, De oorspronkelijke eenheid van man en vrouw,
catechese over het Boek Genesis
nr. 9, Bij de gemeenschap van personen verkrijgt de mens het "beeld van God" (14 nov 1979), 3 En zo heb ik de uitnodiging voor de 5e Wereldontmoeting van Gezinnen bevestigd, in Spanje, in het bijzonder in Valencia, een stad die rijk is aan tradities en trots op haar geloof, die in zoveel families gevoed wordt.
Het gezin is een noodzakelijk goed voor de volkeren, een noodzakelijke fundament voor de maatschappij en een grote en levenslange schat voor echtparen. Ze is het onvervangbare goed voor kinderen, de vrucht van liefde en de ruimhartige overgave van ouders. De gehele waarheid van het gezin, die zich op het huwelijk als huiskerk en heiligdom van het leven baseert, te verkondigen is een grote verantwoordelijkheid voor iedereen.
De vader en de moeder hebben elkaar voor God een totaal “ja” beloofd, dat de basis is van het Sacrament, dat hun vereent. Om de innerlijke relatie in het gezin compleet te maken, moeten zij ook een “ja” van acceptatie naar hun eigen of adoptief kinderen zeggen, die ieder hun eigen persoonlijkheid en hun eigen karakter hebben. Zo zullen deze kinderen in een klimaat van acceptatie en liefde opgroeien en is het te wensen, dat zij, wanneer zij de nodige rijpheid daartoe hebben, om hun beurt een “ja” zeggen tegen degenen, die hun het leven geschonken hebben.
Christus heeft de blijvende bron voor het leven getoond en daarom ook voor de gezinnen: “Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt, zoals Ik u heb liefgehad. Geen groter liefde kan iemand hebben dan deze, dat hij zijn leven geeft voor zijn vrienden” (Joh. 15, 12-13). De liefde van God is in de Doop over ons uitgegoten. Daarom zijn de gezinnen geroepen om het goede van de liefde te beleven, want de Heer maakt het ons mogelijk dit te doen in de menselijke, gevoelsvolle, barmhartige liefde, net zoals Christus.
Tegelijk met het doorgeven van het geloof en de liefde van de Heer bestaat een van de grootste opgaven van een gezin erin vrije en verantwoordingsvolle mensen op te voeden. Daarom moeten de ouders hun kinderen de vrijheid teruggeven, waarvoor ze echter nog een tijd lang garant zullen blijven staan. Wanneer de kinderen zien dat de ouders – en meer in het algemeen de volwassenen in hun omgeving – leven in vreugde en enthousiasme, ondanks de moeilijkheden, zullen zij zichzelf in een levensvreugde ontwikkelen die hen zal helpen eventuele moeilijkheden en problemen, die het leven met zich meebrengen, te overwinnen. Wanneer een gezin zich niet in zichzelf opsluit begrijpen de kinderen, dat iedere persoon waard is geliefd te worden en dat er een fundamentele en universele broederschap tussen alle mensen bestaat.
Deze 5de Wereld Ontmoeting van gezinnen nodigt ons uit om over een belangrijk thema na te denken dat een grote verantwoording van ons vraagt: het doorgeven van het geloof in het gezin. De Catechismus-Compendium
Catechismus van de Katholieke Kerk
(15 augustus 1997) brengt dit mooi onder woorden:
“Zoals een moeder haar kinderen leert spreken en juist daardoor hen leert anderen te begrijpen en met anderen te communiceren, zo leert onze moeder de Kerk ons de taal van het geloof om ons binnen te leiden in het verstaan en het leven van het geloof.” Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 171.
Zoals in de doopliturgie met het overhandigen van de brandende kaars uitgedrukt wordt, zijn de ouders deelgenoot aan het geheim van het nieuwe leven als kind van God, dat men door het doopwater wordt.
Het geloof overbrengen aan de kinderen, met de hulp van individuen en instituties, zoals de parochies, de school of Katholieke organisaties, is een verantwoordelijkheid waarbij de ouders hun eigen taak daarin niet vergeten of nalaten of zelfs compleet delegeren mogen.
“Het christelijk gezin wordt “Huiskerk” genoemd, omdat het gezin het gemeenschaps- en gezinskarakter van de Kerk als gezin van God laat zien en verwerkelijkt. Ieder lid oefent, overeenkomstig de eigen rol, het door de doop verworven priesterschap uit, door ertoe bij te dragen van het gezin een gemeenschap van genade en gebed te maken, een leerschool van de menselijke en christelijke deugden, de plaats van de eerste verkondiging van het geloof aan de kinderen.” Catechismus-Compendium, Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk (28 juni 2005), 350
En verder:
De taal van het geloof leert men thuis, waar het geloof groeit en versterkt wordt door gebed en de christelijke praktijk. In de lezing uit het Boek Deuteronomium hebben we het gebed voor het uitverkoren volk herhaalde malen gehoord, en dat Jezus in zijn huis in Nazareth hoorde en herhaald heeft. Hij zelf herinnerde zich dit regelmatig in zijn openbare leven, zoals het Evangelie volgens Marcus het verhaalt Vgl. Mc. 12, 29 . Dit is het geloof van de Kerk, dat afkomstig is van de liefde van God en die op jullie gezinnen overgaat. De volheid van het geloof in zijn wonderbaarlijke nieuwheid te beleven, is een groot geschenk. Maar in momenten, waarbij het gelaat van God kennelijk verborgen is, is het moeilijk om te geloven en kost het moeite.“Delend in het vaderschap van God, zijn de ouders de eerstverantwoordelijken voor de opvoeding en de eerste verkondigers van het geloof. Zij hebben de plicht hun kinderen lief te hebben en te eerbiedigen als personen en als kinderen van God, ... In het bijzonder hebben zij de zending hen op te voeden in het christelijk geloof.” Catechismus-Compendium, Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk (28 juni 2005), 460
En daarom nodig ik de opvoeders en de wetgevers op om over het opvallende goed na te denken, dat de huiselijke omgeving de geborgenheid geeft van vrede en harmonie tussen de mensen en in de gezinnen. Het gezin is het zenuwcentrum van de maatschappij zoals de Heilige Stoel dat in het Pauselijke Raad voor het Gezin
Handvest van de Rechten van het gezin
(22 oktober 1983) heeft vastgelegd. De doelstelling van wetgeving is het alomvattende welzijn van mensen in antwoord op hun noden en wensen. Dit welzijn is een belangrijke hulp voor de maatschappij, waaraan het zich niet kan onttrekken en voor de mensen borging en reiniging is. Daarnaast is het gezin de school van menselijkheid, waardoor man en vrouw groeien om werkelijk mens te worden. De ervaring om bemind te worden door de ouders helpt het kind zich bewust te worden van zijn waardigheid als kind.
Kinderen moeten opgevoed worden in het geloof, ze moeten bemind en beschermd worden. De kinderen hebben – naast het recht om geboren en in geloof opgevoed te worden – ook het recht op een thuis, zoals het huis van Nazareth een voorbeeld is en ze hebben het recht om beschermd te worden tegen alle soorten van gevaar en bedreigingen.
Graag wil ik nog een paar woorden richten tot de grootouders, die zo belangrijk zijn voor iedere familie. Zij zijn – en zij zijn het vaak – de garantie voor de affectie en zachtheid die ieder menselijk persoon nodig heeft om te geven en te ontvangen. Zij geven de kleinen het perspectief van tijd, zij zijn het geheugen en de rijkdom van een familie. Op geen enkele wijze mogen zij ooit uitgesloten worden van de familiebanden. Zij zijn de schatkist die de jongere generaties niet mogen ontkennen, vooral omdat zij getuigen zijn van hun geloof in het zicht van de dood.
Nu wil ik een deel van het gebed bidden dat u heeft gebeden heeft om succes van deze Wereld Ontmoeting van Gezinnen af te smeken.
O God, die in de Heilige Familie,
ons een perfect model heeft achtergelaten van het gezinsleven
beleeft in geloof en gehoorzaam aan Uw wil,
help ons voorbeelden te zijn van geloof en liefde voor uw geboden.
Help ons in onze missie het geloof, dat we ontvingen van onze ouders, over te dragen.
Open het hart van onze kinderen
opdat het zaad van het geloof, dat ze met het Doopsel ontvingen, mag groeien in hen.
Versterk het geloof van de jonge mensen,
dat zij mogen groeien in de kennis van Jezus.
Vergroot liefde en trouw in alle huwelijken,
vooral die, die door tijden van lijden en moeilijkheden gaan.
(...)
Verenigd met Jozef en Maria,
vragen we dit door Jezus Christus, Uw Zoon, onze Heer. Amen