Msgr. John P. Foley - 22 februari 2002
Het algemeen belang, “het totaal van die sociale voorwaarden waardoor zowel groepen als enkelingen hun eigen volmaaktheid vollediger en vlugger kunnen bereiken,” 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 26 is een tweede basisprincipe voor de ethische evaluatie van sociale communicatie. Het moet inclusief worden opgevat als het geheel van al die waardevolle doeleinden waarvoor leden van een samenleving zich gezamenlijk inzetten en de gemeenschap er is om ze te realiseren en handhaven. Het welzijn van individuen hangt af van het algemeen welzijn van hun gemeenschappen.
De deugd die mensen geschikt maakt voor de bescherming en bevordering van het algemeen belang is solidariteit. Dat is geen gevoel van “vaag medelijden of oppervlakkige vertedering” bij andermans problemen, maar “het vaste en volhardende besluit om zich in te zetten voor het algemeen welzijn ofwel voor het welzijn van allen en van ieder, omdat wij werkelijk allen verantwoordelijk zijn voor allen”. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, De ontwikkeling van de mens en de samenleving
Twintig jaar na Populorum Progressio van Paus Paulus VI, Sollicitudo Rei Socialis (30 dec 1987), 38 Met name in deze tijd heeft solidariteit een duidelijke, sterk internationale dimensie. Het is juist om te spreken van en verplicht om te werken voor het internationale algemeen belang.