Msgr. John P. Foley - 22 februari 2002
Vele moeilijke kwesties rond internet vragen om internationale consensus. Bijvoorbeeld hoe kan de privacy van gezagsgetrouwe individuen en groepen worden gegarandeerd zonder justitieel optreden tegen en veiligheidstoezicht op criminelen en terroristen? Hoe moeten het copyright en intellectueel eigendom worden beschermd zonder publieke toegang tot materiaal te limiteren, en hoe definiëren we het ‘publieke domein’ zelf? Hoe kan een breed opgezette internetopslag worden gecreëerd en onderhouden van informatie die vrij beschikbaar is in een reeks van talen voor alle gebruikers? Hoe kunnen we de rechten van vrouwen beschermen als het gaat om toegang tot internet en om andere aspecten van de nieuwe informatietechnologie? Met name de vraag hoe de digitale tweedeling kan worden overwonnen tussen de ‘kennisrijken’ en de ‘kennisarmen’ vereist dringend aandacht in technisch, educatief en cultureel opzicht.
Er bestaat tegenwoordig een “groeiend besef van internationale solidariteit” dat met name het stelsel van de Verenigde Naties “een unieke gelegenheid biedt aan de globalisering van de solidariteit bij te dragen door als ontmoetingsplaats te fungeren voor staten en burgermaatschappijen en als knooppunt voor de verschillende belangen en behoeften ... Samenwerking tussen internationale instellingen en non-gouvernementele organisaties zullen er mede zorg voor dragen dat de belangen van staten, mits legitiem, en van de verschillende groepen daarbinnen niet zullen worden behartigd of verdedigd ten koste van de belangen of rechten van andere volkeren, zeker niet de minst welvarende.” Paus Johannes Paulus II, Toespraak voor de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en de Bestuurlijke Commissie over de Coördinatie van de Verenigde Naties, (7 april 2000), 2, 3 In dit verband hopen wij dat de Wereldtop over de Kennismaatschappij die gepland staat voor 2003 positief zal bijdragen aan de bespreking van deze zaken.