Msgr. John P. Foley - 22 februari 1997
In onze tijd is voor de Kerk de betrokkenheid bij de activiteiten op het gebied van de media met inbegrip van de reclame een noodzakelijk onderdeel van een alles omvattende pastorale aanpak. Vgl. Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio, Aetatis Novae (22 feb 1992), 20-21 Dit omvat zowel de eigen media van de Kerk – de katholieke pers en uitgeverijen, televisie- en radio-uitzendingen, film en audiovisueel werk, en heel de rest – als ook haar participeren in de seculiere media. De media ”kunnen en moeten instrumenten zijn in het programma van de Kerk voor herevangelisering en nieuwe evangelisering in de wereld van vandaag”. Vgl. Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio, Aetatis Novae (22 feb 1992), 11
Hoewel er nog veel te doen valt, wordt er reeds veel positief werk op dit gebied verricht. Met betrekking tot de reclame heeft Paulus VI eens gewezen op de wenselijkheid dat ”katholieke instellingen met constante aandacht de ontwikkeling volgen van moderne reclametechnieken en……weten hoe zij er nuttig gebruik van kunnen maken om de boodschap van het evangelie te verspreiden op een manier die beantwoordt aan de verwachtingen en behoeften van de moderne mens”. H. Paus Paulus VI, Boodschap, 11e Wereld Communicatiedag - 1977, Reclame in de massamedia: kansen, gevaren, mogelijkheden (12 mei 1977)