Msgr. John P. Foley - 22 februari 1992
AETATIS NOVAE Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio |
|||
► | De context van de sociale communicatie | ||
► | Culturele en sociale context |
Dit alles heeft verregaande pastorale implicaties. De media kunnen gebruikt worden om het evangelie te verkondigen of om het in de harten van de mensen tot zwijgen te brengen. Naarmate de media steeds meer verweven raken in het dagelijks leven van de mensen hebben ze invloed op de wijze waarop mensen de zin van het leven zelf opvatten.
De macht van de media strekt zich in feite niet alleen uit tot wat mensen zullen denken, maar zelfs tot waarover zij zullen denken. Realiteit is voor velen dat wat de media als reëel erkennen; wat de media niet erkennen lijkt weinig belangrijk te zijn. Zo kan de facto het zwijgen opgelegd worden aan personen en groepen waaraan de media geen aandacht besteden; en zelfs de stem van het evangelie kan op deze wijze afgezwakt, zij het niet helemaal tot zwijgen gebracht worden.
Daarom is het belangrijk dat christenen wegen vinden om de ontbrekende informatie te verschaffen aan hen die ervan beroofd blijven en ook een stem te geven aan de stemlozen.
De macht van de media om de traditionele referentiepunten van godsdienst, cultuur en gezin ofwel te versterken ofwel te niet te doen onderstreept de toenemende belangrijkheid van de woorden van het Concilie: "Voor het juiste gebruik van deze communicatiemiddelen is het beslist nodig, dat allen die zich ervan bedienen zedelijke normen kennen en deze op dit terrein trouw in toepassing brengen." 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de publiciteitsmedia, Inter Mirifica (4 dec 1963), 4