
Msgr. John P. Foley - 22 februari 2002
DE KERK EN INTERNET | |||
► | Inleiding |
In een citaat van Paus Pius XII uit de Encycliek Paus Pius XII - Encycliek
Miranda prorsus
Over film, radio en televisie (8 september 1957) van 1957 in de in 1971 gepubliceerde pastorale Instructie over communicatiemedia Pauselijke Commissie voor de Sociale Communicatiemiddelen
Communio et Progressio
Pastorale Instructie, in opdracht van het Tweede Vaticaans Concilie, over de middelen van sociale communicatie
(23 mei 1971), wordt dat punt onderstreept: "De Kerk beschouwt ze (deze media) als ‘gaven van God’, aangezien ze de mensen volgens het plan van de goddelijke Voorzienigheid tot broederlijke betrekkingen moeten brengen die een bijdrage zullen leveren aan zijn heilsplan." Pauselijke Commissie voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale Instructie, in opdracht van het Tweede Vaticaans Concilie, over de middelen van sociale communicatie, Communio et Progressio (23 mei 1971), 2 Dit is en blijft onze visie op en opvatting over internet.
De moderne media zijn culturele factoren die in deze geschiedenis een rol spelen. Zoals het Tweede Vaticaans Concilie opmerkt, "al moet de aardse vooruitgang dus zorgvuldig worden onderscheiden van de groei van het rijk van Christus, toch is hij in het rijk van God ten zeerste betrokken, in zoverre hij kan bijdragen tot een betere ordening van de mensengemeenschap". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 39 De massamedia zullen in dit licht "belangrijk bijdragen tot de ontspanning en de ontwikkeling van de geest en tot de verbreiding en de bevestiging van het rijk van God". 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de publiciteitsmedia, Inter Mirifica (4 dec 1963), 2
Tegenwoordig is dit speciaal van toepassing op internet, dat revolutionaire veranderingen helpt teweegbrengen in de handel, het onderwijs, de politiek, de pers en de verhouding tussen volkeren en tussen culturen. Veranderingen niet alleen in de wijze waarop mensen communiceren maar waarop zij hun leven zien. In een begeleidend document, Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen
Ethiek in internet
(22 februari 2002), bespreken we deze zaken in hun ethische dimensie. Daar buigen we ons over de implicaties van internet voor de godsdienst en met name voor de katholieke Kerk.
Maar de zorg van de Kerk betreft ook communicatie die in en door haarzelf gevoerd wordt. Deze is meer dan een technische aangelegenheid. Immers zij "gaat uit van de liefdesgemeenschap van de goddelijke Personen en hun communicatie met ons". Zij beseft dat de Trinitaire communicatie "zich op de mensheid richt: de Zoon is het Woord, van eeuwigheid ‘gesproken’ door de Vader; en in en door Jezus Christus, Zoon en vleesgeworden Woord, deelt God zichzelf en zijn redding mee aan mannen en vrouwen". Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Wereld Communicatie Dag, Jubileum van de Journalisten tijdens het Heilig Jaar 2000, Ethiek in de communicatie (4 juni 2000), 3
God blijft communiceren met de mens via de Kerk, de drager en bewaker van zijn openbaring. Uitsluitend aan haar levende leerambt heeft Hij de taak toevertrouwd zijn woord authentiek uit te leggen. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 10 Bovendien is de Kerk zelf een communio, een gemeenschap van personen en eucharistische gemeenschappen die voortkomen uit en de afspiegeling vormen van de gemeenschap der Drie-eenheid. Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale instructie, twintig jaar na Communio et Progressio, Aetatis Novae (22 feb 1992), 10 Communicatie is dan ook het wezen van de Kerk. Vooral om die reden "hoort de Kerk bij de beoefening van communicatie een voorbeeld te zijn en de hoogste waarheids- en betrouwbaarheidsnormen, alertheid voor de mensenrechten, en andere relevante uitgangspunten te hanteren". Pauselijke Raad voor de Sociale Communicatiemiddelen, Wereld Communicatie Dag, Jubileum van de Journalisten tijdens het Heilig Jaar 2000, Ethiek in de communicatie (4 juni 2000), 26
Dit alles is van toepassing op het internet en ook al lijkt de mediawereld "ver van de christelijke boodschap af te staan, zij biedt aan de andere kant ook unieke mogelijkheden om de verlossende waarheid van Christus aan heel de menselijke familie te verkondigen. Denk bijvoorbeeld aan ... de positieve mogelijkheden van het internet om religieuze informatie en godsdienstonderricht over alle grenzen heen te verspreiden. Zo’n uitgebreid gehoor zou de stoutste dromen van hen die het evangelie vóór ons predikten, overtroffen hebben ... Katholieken moeten niet bang zijn om de deuren van de sociale communicatiemiddelen open te zetten voor Christus, zodat zijn Blijde Boodschap vanaf de daken van de wereld te horen zal zijn." H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Boodschap voor de 35ste Wereldcommunicatiedag 2001, 'Verkondig het vanaf de daken': het evangelie in het tijdperk van de wereldwijde communicatie (24 jan 2001), 3