Msgr. Martin J. O'Connor - 23 mei 1971
Voor een gezonde vorming van de openbare mening is het nodig dat het publiek bij voorbaat toegang heeft tot de voorlichtingskanalen en zijn gevoelen vrij tot uitdrukking kan brengen. De vrijheid van meningsuiting en het recht op voorlichting vallen niet van elkaar te scheiden. Johannes XXIII, Paulus VI en het Tweede Vaticaans Concilie hebben uitdrukkelijk gewezen op dit recht dat zijn grondslag vindt in een diepgaande behoefte van de mens en van de huidige samenleving.