Msgr. Martin J. O'Connor - 23 mei 1971
Hoewel men zich door de sociale communicatiemiddelen rechtstreeks tot de afzonderlijke mens richt, bereiken en beroeren deze de mensheid in haar geheel 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de publiciteitsmedia, Inter Mirifica (4 dec 1963), 1 doordat ze aan een menigte mensen snel nieuws verschaffen over het leven van de huidige wereld en hen tot begrip brengen van de opvattingen en mentaliteit van onze tijd. Ze zijn dan ook onmisbaar voor wie het netwerk van nauwe, vaak ingewikkelde betrekkingen van onze samenleving en van haar activiteiten wil leren kennen. Daarom staan ze ook niet los van de beginselen die naar christelijk inzicht de menselijke samenleving regeren. Op providentiële wijze is het kenmerkend voor deze uitvindingen dat ze de problemen en verwachtingen van de mensheid naar voren halen en er een des te sneller antwoord op geven naarmate de mensen in nauwere relatie tot elkaar staan. Dit is het grondbeginsel vanwaaruit een christelijk oordeel kan worden uitgesproken over de bijdrage die de sociale communicatiemiddelen aan het welzijn van de mensheid leveren.
Overal waar de menselijke activiteit de aardse levensomstandigheden probeert te verbeteren, met name wanneer het gaat om de jongste verworvenheden van de wetenschap en schitterende successen van de techniek, vindt het christelijk zicht op de mens, op de menselijke betrekkingen en op heel de wereldgeschiedenis een (vaak onbewust) antwoord op het goddelijk voorschrift dat de mens 'de aarde moet bezitten en onderwerpen' (Gen. 1, 26-28) Vgl. Gen. 9, 2-3 Vgl. Wijsh. 9, 2-3 Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 34 en ziet het tegelijk in hoe het kan bijdragen tot voortzetting en behoud van Gods scheppingswerk. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 34
Ook de sociale communicatiemiddelen vallen geheel binnen dit perspectief, aangezien ze een belangrijke bijdrage leveren aan de wetenschappelijke uitwisseling tussen de mensen en daarmee aan hun onderlinge samenwerking. Toen God de mens naar zijn beeld had geschapen, gaf hij hem immers de mogelijkheid om een aandeel te nemen in zijn scheppend vermogen, tot opbouw van de aardse samenleving. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 57
Ook de constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Gaudium et Spes
Over de Kerk in de wereld van deze tijd
(7 december 1965) erkende dit al: 'Vanwege het feit immers, dat alle dingen zijn geschapen, hebben ze een eigen bestand met een eigen waarheid en goedheid, hebben ze ook eigen wetten en structuren, waarvoor de mens respect moet hebben.
Alle communicatie moet beantwoorden aan de grondwet van oprechtheid, eerlijkheid en waarheid. Een goede bedoeling en een oprecht verlangen volstaan dus niet om de communicatie eerlijk te maken: tevens dient zij de feiten naar waarheid weer te geven, dat wil zeggen een getrouw beeld ervan te geven dat met de diepste werkelijkheid ervan in overeenstemming is. De verdienste en de morele waarde van een communicatie hangen niet alleen van het onderwerp en van de leer die erin besloten ligt af, maar ook van de communicatiewijze, van de toon en de stijl waarin zij wordt gebracht, en van haar context in functie van het publiek waarvoor zij is bestemd. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de publiciteitsmedia, Inter Mirifica (4 dec 1963), 4
Een dieper inzicht in de mens, een groter onderling begrip, en een meer doelmatige samenwerking: dat alles kan de sociale communicatie krachtig bevorderen, in overeenstemming met de doelstellingen van het volk van God die haar bekrachtigt en vervolmaakt. "Het bevorderen van de eenheid hangt immers ten nauwste met de zending van de Kerk samen, daar zij 'in Christus als het ware het sacrament, dat wil zeggen het teken en het instrument, van de innige vereniging met God en van de eenheid van heel het menselijk geslacht is.'" 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 42 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 1