9 april 2002
Als een eerbiedwaardige hymne tot de Moeder van God, Akathistos genoemd – ofwel staande gezongen – vertegenwoordigt de Akathistoshymne een van de hoogste en beroemdste uitingen van mariale godsvrucht uit de byzantijnse traditie. Het is een meesterwerk van literatuur en theologie en bevat in biddende vorm al wat de Kerk van de eerste eeuwen met universele instemming geloofd heeft over Maria. De inspiratiebronnen van de hymne zijn de heilige Schriften, de leer, vastgesteld op de Oecumenische Concilies van Nicea (325), Efese (431) en Chalcedon (451) en de reflectie van de oosterse Vaders van de vierde en de vijfde eeuw. De Akathistos wordt in het oosterse liturgische jaar op de vijfde zaterdag van de Veertigdagentijd plechtig uitgevoerd en bovendien wordt ze bij vele andere gelegenheden gezongen en in de godsvrucht van clerus, monniken en leken aanbevolen.
In de laatste jaren heeft deze hymne zich ook onder gemeenschap en gelovigen van de Latijnse ritus zeer verbreid. Behalve de Akathistos zijn er andere gebeden die uit verschillende tradities in het oosten waaraan een aflaat verbonden is Tot een grotere bekendheid hiervan hebben enkele plechtige Mariavieringen bijgedragen die in tegenwoordigheid van de Heilige Vader in Rome en met aanzienlijke weerklank binnen de Kerk hebben plaatsgevonden.H. Paus Johannes Paulus II, Urbi et Orbi, Kerstboodschap 2000 voorafgaand aan de zegen "Urbi et Orbi" (25 dec 2000) Deze zeer oude hymne, De wetenschappelijke kritiek van vandaag is geneigd deze anoniem overgeleverde hymne te dateren in de jaren die volgen op het Concilie van Chalcedon; de Latijnse versie die door bisschop Christophorus van Venetië omstreeks 800 geredigeerd werd en zo'n grote invloed uitoefende op de godsvrucht van de Middeleeuwen in het westen, draagt de naam van Germanus van Constantinopel (+733) die een rijpe is van de oudste traditie van de ongedeelde Kerk ter ere van Maria, is een oproep en een smeekbede voor de eenheid onder de Christenen onder leiding van de Moeder van de Heer. ’Deze rijkdom aan lofprijzen die opgestapeld is door de verschillende vormen van de grote traditie van de kerk, zou ons kunnen helpen om de Kerk weer ten volle te laten ademen met haar ’twee longen, het oosten en het westen’. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Moeder van de Verlosser, Redemptoris Mater (25 mrt 1987), 34