• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

Volksvroomheid wordt natuurlijk gekenmerkt door een historisch en cultureel aanvoelen. Een aanwijzing hiervoor is de verscheidenheid van uitingen waaruit zij bestaat en die gebloeid en opgang gemaakt hebben in de verschillende particuliere Kerken in de loop der eeuwen. Het is een teken dat het geloof wortel schiet in het hart van de volken afzonderlijk en ingang vindt in de wereld van het alledaagse. Immers, ‘de volksreligiositeit is de eerste, fundamentele vorm van ‘inculturatie’ van het geloof, die zich voortdurend moet laten oriënteren en leiden door de aanwijzingen van de liturgie, maar die op haar beurt het geloof bevrucht, uitgaande van het hart’. Congregatie voor de Geloofsleer, Theologisch commentaar op de Verschijningen van Fatima (13 mei 2000) De ontmoeting tussen de vernieuwende dynamiek van de boodschap van het Evangelie en de verschillende onderdelen van een cultuur vindt daarom haar bevestiging in de volksvroomheid. Vgl. Pauselijke Raad voor Cultuur, Per una pastorale della Cultura (23 mei 1999), 28. "De volksvroomheid blijft een van de belangrijkste uitdrukkingen van een ware inculturatie van het geloof: hierin harmoniëren geloof en liturgie, gevoel en kunsten m et elkaar, terwijl het bewustzijn van de eigen identiteit in de lokale tradities versterkt wordt. Zo 'heeft Amerika, dat historisch een smeltkroes is van volkeren, in het mesties gelaat van de Maagd van Tepayac', in de Maagd van Guadalupe, een groot voorbeeld van een volmaakte geïncultureerde evangelisatie'(Ecclesia in America, nr. 11) erkend. (...) De volksvroomheid maakt het een volk mogelijk om zijn geloof tot uitdrukking te brengen, alsook zijn relatie met God en zijn voorzienigheid, met de Maagd en de heiligen, met de naaste, met de overledenen, met de schepping, en zij versterkt zijn toebehoren tot de Kerk.'

Het proces van aanpassing of inculturatie van een oefening van godsvrucht zou geen bijzondere moeilijkheden moeten opleveren voor wat de taal, de muzikale en artistieke uitingen, gebaren en lichaamshoudingen betreft. Oefeningen van vroomheid betreffen immers enerzijds geen wezenlijke aspecten van het sacramentele leven, anderzijds zijn zij in vele gevallen van oorsprong volks, dat wil zeggen voortgekomen uit het volk en geformuleerd in zijn taal en opgezet binnen het kader van het katholiek geloof.

Het feit dat oefeningen van godsvrucht en devotiepraktijken een uiting zijn van het aanvoelen van het volk, staat echter niet toe om in deze subjectief en personalistisch te handelen. Behoudens de eigen bevoegdheden van de plaatselijke ordinaris of hogere superieuren – als het devoties betreft die met religieuze ordes verbonden zijn –, dient de bisschoppenconferentie zich uit te spreken, wanneer het om oefeningen van godsvrucht gaat die een hele natie betreffen of een uitgestrekt gebied.

Er is immers een grote aandacht en een groot onderscheidingsvermogen nodig om te verhinderen dat door middel van de verschillende wijzen van taalgebruik opvattingen in de oefeningen van godsvrucht binnendringen die aan het christelijk geloof tegengesteld zijn, of dat aanleiding gegeven wordt tot vormen van eredienst die aangetast zijn door syncretisme.

Het is in het bijzonder noodzakelijk dat de oefening van godsvrucht als onderwerp van een proces van aanpassing en inculturatie haar diepste identiteit en karakter behoudt. Dit vereist dat haar historische oorsprong en de leerstellige en cultische lijnen die haar kenmerken, voldoende herkenbaar blijven.

Wat het overnemen van vormen van volksvroomheid in het proces van inculturatie van de liturgie betreft, verwijzen wij naar de desbetreffende instructie van dit dicasterie. Vgl. Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten, De Romeinse liturgie en de inculturatie
Vierde instructie voor de juiste toepassing van de Constitutie over de Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie (nrs. 37-40), Varietates legitimae (25 mrt 1994), 45

Document

Naam: DIRECTORIUM OVER VOLKSVROOMHEID EN LITURGIE. PRINCIPES EN RICHTLIJNEN
Soort: Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten
Datum: 9 april 2002
Copyrights: © 2003, Beleidssector liturgie van de Nederlandse Bisschoppenconferentie / Nationale Raad voor Liturgie
Liturgische Documentatie, dl. 2, p. 13-198
Bewerkt: 6 oktober 2022

Opties

Internetadres
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test