CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
(Soort document: Catechismus-Compendium)
15 augustus 1997
In de eerste gemeente van Jeruzalem "legden de leerlingen zich ernstig toe op de leer van de apostelen, bleven trouw aan het gemeenschappelijk leven en ijverig in het breken van het brood en in het gebed" (
Hand. 2, 42).
De gemeenschap in het geloof. Het geloof van de gelovigen is het geloof
van de Kerk, dat zij van de apostelen ontvangen heeft. Dit geloof is een schat van leven die zich al delend vermeerdert.
De gemeenschap van de sacramenten. "De vrucht van alle Sacramenten komt immers alle gelovigen toe; door deze Sacramenten nu, en vooral door het Doopsel, waardoor zij als door een poort de kerk binnengaan, worden zij als door gewijde banden met Christus verbonden en verenigd. Onder deze gemeenschap van heiligen dient men de gemeenschap van Sacramenten te verstaan (...). Hoewel deze term van toepassing is op alle Sacramenten, omdat zij ons met God verenigen (...), past hij toch het beste bij de Eucharistie, die deze gemeenschap tot stand brengt".
Catechismus-Compendium, Catechismus van het Concilie van Trente, Catechismus Romanus Concilii Tridentini. 1,10,24, vert. uit Lat.
De gemeenschap van de liefde: in de
sanctorum communio "leeft niemand van ons voor zichzelf alleen, niemand sterft voor zichzelf alleen" (
Rom. 14, 7), "Wanneer een lid lijdt, delen alle ledematen in het lijden; wordt één lid geëerd, alle delen in de vreugde. Welnu, gij zijt het lichaam van Christus, en ieder van u is een lid van dit lichaam" (
1 Kor. 12, 26-27), "De liefde zoekt zichzelf niet" (
1 Kor. 13, 5).
Vgl. 1 Kor. 10, 24
Het geringste dat wij uit liefde doen, strekt allen tot voordeel op grond van deze solidariteit met alle mensen, levenden en doden, die steunt op de gemeenschap van de heiligen. Iedere zonde schaadt deze gemeenschap.