15 augustus 1997
"Daarvoor is Christus gestorven en weer levend geworden: om Heer te zijn over doden en levenden" (Rom. 14, 9). Het opstijgen ten hemel van Christus betekent dat Hij in zijn menselijke natuur deel heeft aan de macht en het gezag van God zelf. Jezus Christus is de Heer. Hij heeft alle macht in de hemel en op aarde. Hij staat "hoog boven alle heerschappijen, machten, krachten en hoogheden," want de Vader heeft "alles onder zijn voeten gelegd" (Ef. 1, 20-22), Christus is de Heer van het heelal Vgl. Ef. 4, 10 Vgl. 1 Kor. 15, 24.27-28 en van de geschiedenis. In Hem vinden de geschiedenis van de mens en zelfs heel de schepping hun "samenvatting" Vgl. Ef. 1, 10 , hun transcendente voltooiing.
Sinds de Hemelvaart is Gods heilsbeschikking in de fase van haar voltooiing gekomen. Wij zijn reeds in "het laatste uur" (1 Joh. 2,18). Vgl. 1 Pt. 4,7 "Zo is het einde der tijden reeds tot ons gekomen en de vernieuwing van de wereld is onherroepelijk vastgelegd en wordt in deze tijd op reële wijze geanticipeerd: de Kerk is immers reeds op aarde getooid met een echte, zij het dan ook onvolmaakte heiligheid". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 48. vert. uit Lat. Het koninkrijk van Christus laat reeds zijn aanwezigheid blijken in de wonderbaarlijke tekenen Vgl. Mc. 16, 17-18 die zijn verkondiging door de Kerk vergezellen. Vgl. Mc. 16, 20
Voorafgaand aan de komst van Christus moet de Kerk een laatste beproeving doorstaan die het geloof van talrijke gelovigen zal doen wankelen. Vgl. Lc. 18, 8 Vgl. Mt. 24, 12 De vervolging waarmee haar pelgrimstocht op aarde vergezeld gaat, Vgl. Lc. 21, 12 Vgl. Joh. 15, 19-20 zal het "mysterie van de ongerechtigheid" onthullen in de vorm van een godsdienstig bedrog dat de mensen een schijnoplossing biedt voor hun problemen. De prijs die zij daarvoor betalen is dat zij afvallen van de waarheid. De ergste godsdienstige dwaalleer is die van de Antichrist, d.w.z. die van een pseudo-messianisme waarin de mens zichzelf verheerlijkt in plaats van God en zijn Messias, die in het vlees gekomen is. Vgl. 2 Tess. 2, 4-12 Vgl. 1 Tess. 5, 2-3 Vgl. 2 Joh 7 Vgl. 1 Joh. 2, 18.22
Deze dwaalleer van de Antichrist tekent zich reeds in de wereld af, telkens als men beweert de Messiaanse verwachting in de geschiedenis in vervulling te doen gaan: deze verwachting kan alleen maar buiten de geschiedenis langs de weg van het eschatologisch oordeel in vervulling gaan: zelfs in haar gematigde vorm heeft de kerk deze vervalsing van het komende koninkrijk onder de naam van chiliasme verworpen, Vgl. Heilig Officie, Decreet over het millenniarisme (duizendjarig (vredes)rijk of chiliasme) (21 juli 1944) vooral in de politieke vorm van een geseculariseerd, "intrinsiek verkeerd" messianisme. Vgl. Paus Pius XI, Encycliek, Over het goddeloze communisme, Divini Redemptoris (19 mrt 1937), 8. die "het valse mysticisme" van deze "omkering van de verlossing van de nederigen" veroordeelt Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 20-21