CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
(Soort document: Catechismus-Compendium)
15 augustus 1997
God is de auteur van de heilige Schrift. "De door God geopenbaarde waarheid, die in de heilige Schrift besloten ligt en voorgehouden wordt, is er onder ingeving van de heilige Geest aan toevertrouwd".
"Krachtens haar apostolisch geloof houdt onze moeder de heilige kerk zowel de boeken van het Oude als die van het Nieuwe Testament, in hun geheel met al hun delen, voor heilig en canoniek, omdat ze. geschreven onder ingeving van de heilige Geest, God tot auteur hebben en als zodanig aan de kerk zijn overgeleverd". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 11. vert. uit Lat.
Het christelijk geloof is echter geen "godsdienst van het boek". Het christendom is de godsdienst van het "Woord" van God, "niet van een geschreven en stom woord, maar van het mensgeworden, levende Woord".
H. Bernardus van Clairvaux, Hom. miss. 4,11, vert. uit Lat. Christus, het eeuwige Woord van de levende God, moet door de heilige Geest onze geest toegankelijk maken "voor het begrijpen van de Schriften" (
Lc. 24, 45), opdat zij geen dode letter blijven.