
15 augustus 1997
Door zijn genade is de Heilige Geest de eerste bij het ontwaken van ons geloof en Hij staat ook aan het begin van het nieuwe leven dat hierin bestaat: "de Vader en Hem die Hij gezonden heeft, Jezus Christus, kennen" (Joh. 17, 3). Bij de openbaring van de personen van de Heilige Drie-eenheid is Hij echter de laatste. De heilige Gregorius van Nazianze, "de theoloog", verklaart deze voortgang door de pedagogie van de goddelijke "genadige welwillendheid":
Het Oude Testament verkondigde openlijk de Vader, maar sprak over de Zoon in meer bedekte termen Het Nieuwe Testament heeft de Zoon en een glimp van de godheid van de Geest laten zien. Nu heeft de Geest burgerrecht onder ons verworven en gunt ons een duidelijker zicht op Hem Het was immers niet verstandig openlijk de Zoon te verkondigen, toen men nog niet de godheid van de Vader beleed en, toen de godheid van de Zoon nog niet aanvaard werd, de heilige Geest eraan toe te voegen als een bijkomende last, om een enigszins gewaagde uitdrukking te gebruiken (...) Het is door dit stap voor stap vooruitgaan en het voortschrijden "van heerlijkheid naar heerlijkheid" dat het licht van de Drie-enheid helderder zal schijnen. H. Gregorius van Nazianze, Orationes theologicae. 5,26, vert. uit Gr.