
15 augustus 1997
Bij hun beschouwingen over de verrijzenis gaan de Kerkvaders uit van de goddelijke persoon van Christus die verenigd blijft met zijn door de dood van elkaar gescheiden ziel en lichaam: "Immers, door de eenheid van de goddelijke natuur die in beide delen aanwezig is, verenigen de twee gescheiden delen zich weer met elkaar. Zo komt de dood weliswaar tot stand, wanneer de met elkaar verenigde delen gescheiden worden; de verrijzenis komt echter tot stand, wanneer de gescheiden delen weer verenigd worden". H. Gregorius van Nyssa, In Christi Resurrectionem. 1, vert. uit Gr. Vgl. Concilie van Galliae, Statuta Ecclesiae Antiqua, 1. DS 325 Vgl. Paus Anastasius II, Brief aan Bisschop Laurentius van Lignido (Illyrien), In prolixitate epistolae (), 3 Vgl. Paus Hormisdas, Brief aan Keizer Justinus, Inter ea quae (26 mrt 521), 12 Vgl. 11e Synode van Toledo, Geloofsbelijdenis, Credo (7 nov 675), 57