Er bestaat niets wat zijn bestaan niet te danken heeft aan God als Schepper. De wereld is begonnen, op het moment dat ze door het woord van God uit het niet geschapen is; alle bestaande wezens, heel de natuur, heel de menselijke geschiedenis wortelen in deze oergebeurtenis: het is de geboorte zelf van de wereld zelf waarbij deze gevormd wordt en de tijd begonnen is. Vgl. H. Augustinus, Uitleg van Genesis 1-3 tegen de manicheeërs, De Genesi contra Manichaeos. 1,2,4, vert. uit Lat.