• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
Vanaf de menswording tot de Hemelvaart is het leven van het mensgeworden Woord omgeven door de verering en de dienst van de engelen. Wanneer God "de eerstgeborene de wereld binnenleidt, zegt Hij: 'Alle engelen Gods moeten Hem hulde brengen"' (Heb. 1, 6). Hun lofzang bij de geboorte van Christus klinkt nog steeds door in de lofprijzing van de kerk: "Eer aan God..." (Lc. 2, 14). Zij beschermen Jezus' jeugd, Vgl. Mt. 1, 20 Vgl. Mt. 2, 13.19 dienen Hem in de woestijn, Vgl. Mc. 1, 12 Vgl. Mt. 4, 11 sterken Hem in zijn doodsangst, Vgl. Lc. 22, 43 terwijl Hij door hen uit de handen van de vijanden gered had kunnen worden, Vgl. Mt. 26, 53 zoals eens Israël. Vgl. 2 Mak. 10, 29-30 Vgl. 2 Mak. 11, 8 Het zijn ook de engelen die "evangeliseren" Vgl. Lc. 2, 10 , wanneer zij de Blijde Boodschap van de menswording Vgl. Lc. 2, 8-14 en van de verrijzenis Vgl. Mc. 16, 5-7 van Christus aankondigen. Zij zullen er zijn bij de wederkomst van Christus die zij aankondigen, Vgl. Hand. 1, 10-11 in dienst van zijn oordeel. Vgl. Mt. 13, 41 Vgl. Mt. 25, 31 Vgl. Lc. 12, 8-9
"Terwijl Christus echter "heilig, schuldeloos en onbesmet is, geen zonde heeft gekend, maar alleen de zonden van het volk kwam uitboeten, heeft de kerk zondaars in haar midden; zij is tegelijkertijd heilig en tot uitzuivering geroepen en streeft voortdurend boetedoening en vernieuwing na". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 8. vert. uit Lat. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de oecumene, Unitatis Redintegratio (21 nov 1964), 3.6 Alle leden van de Kerk, met inbegrip van haar bedienaren, moeten erkennen dat zij zondaars zijn. Vgl. 1 Joh. 1, 8-10 In allen bevindt het onkruid van de zonde zich nog onder de tarwe van het Evangelie, tot het einde der tijden. Vgl. Mt. 13, 24-30 De Kerk brengt dus zondaars bijeen die door het heil van Christus gegrepen zijn, maar die nog altijd op weg zijn naar heiliging.
De Kerk is dus heilig, ook al bergt zij in haar schoot zondaars; want zelf kent zij geen enkel ander leven dan dat van de genade; als haar leden waarlijk hierdoor gevoed worden, dan worden zij hierdoor geheiligd; als zij zich hieraan echter onttrekken, dan vervallen zij tot zonden en lopen zij een bezoedeling van de ziel op die haar heiligheid belemmert. Daarom lijdt de Kerk onder deze zonden en doet zij boete hiervoor, terwijl ze tegelijkertijd de macht heeft haar kinderen door het bloed van Christus en de gave van de heilige Geest hiervan te bevrijden. H. Paus Paulus VI, Motu Proprio, Sollemnis Professio Fidei - Ter afsluiting van het jaar van het geloof, Solemni hac liturgia - Credo van het Volk van God (30 juni 1968), 19. vert. uit Lat.

Document

Naam: CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
Soort: Catechismus-Compendium
Datum: 15 augustus 1997
Copyrights: © 1997, Libreria Editrice Vaticana
waarin verwerkt niet officiële aanpassing aan de "editio typica"
Bewerkt: 15 december 2021

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
Trefwoordenlijst voor dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test