15 augustus 1997
De afsluitende lofprijzing "Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid" herneemt, bij wijze van inclusie, de drie eerste beden aan onze Vader de verheerlijking van zijn naam, de komst van zijn rijk en de kracht van zijn reddende wil. Maar deze herneming gebeurt in de vorm van aanbidding en dankzegging, zoals in de hemelse liturgie. Vgl. Openb. 1,6 Vgl. Openb. 4, 11 Vgl. Openb. 5, 13 De vorst van deze wereld had zich deze drie titels, die van het koningschap, de kracht en de heerlijkheid door middel van bedrog toegeëigend; Vgl. Lc. 4, 5-6 Christus, de Heer, geeft ze terug aan zijn Vader en onze Vader, totdat Hij Hem het koninkrijk in handen geeft, op het moment dat het heilsmysterie voorgoed zal worden voltooid en God alles in allen zal zijn. Vgl. 1 Kor. 15, 24-28