15 augustus 1997
Talloze religieuzen hebben hun hele leven gewijd aan het gebed. Sinds de woestijn van Egypte hebben kluizenaars, monniken en kloosterlingen hun tijd gegeven aan de lofprijzing van God en aan de voorspraak ten behoeve van zijn volk. Het gewijde leven kan geen stand houden en zich niet verspreiden zonder het gebed; het is één van de levende bronnen van de beschouwing en van het spirituele leven in de Kerk.