CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
(Soort document: Catechismus-Compendium)
15 augustus 1997
De inspanning van de staat om de verspreiding van gedragingen te verhinderen die strijdig zijn met de rechten van de mens en met de grondregels van het maatschappelijk samenleven, beantwoordt aan de eis om het algemeen welzijn te beschermen. De wettige overheid heeft het recht en de plicht straffen op te leggen die in verhouding staan tot het ernst van het misdaad.
Straf heeft op de eerste plaats het doel de door overtreding veroorzaakte verstoring van de orde ongedaan te maken. Wanneer de straf door de schuldige vrijwillig wordt aanvaard, krijgt die de waarde van uitboeting. Straf beoogt dan, behalve verdediging van de openbare orde en de veiligheid van de mensen, een therapeutisch doel: ze moet er zo veel mogelijk toe bijdragen dat de schuldige zijn leven betert.