15 augustus 1997
God aanbidden betekent: in eerbied en volledige onderdanigheid erkennen "hoe nietig het schepsel is", want het bestaat enkel door God. God aanbidden betekent: Hem loven en prijzen en zichzelf vernederen, zoals Maria in haar lofzang, terwijl men met dankbaarheid erkent dat Hij grote dingen heeft gedaan en dat zijn naam heilig is. Vgl. Lc. 1, 46-49 De aanbidding van de ene God bevrijdt de mens van zelfgenoegzaamheid, van de slavernij van de zonde en van de verafgoding van de wereld.