
15 augustus 1997
De doodzonde is een radicale mogelijkheid van de menselijke vrijheid zoals de liefde zelf. Ze brengt het verlies mee van de liefde en van de heiligmakende genade, dit wil zeggen van de staat van genade. Wanneer ze niet vrijgekocht wordt door het berouw en de vergiffenis van God, dan veroorzaakt de doodzonde de uitsluiting uit het koninkrijk van Christus en de eeuwige dood van de hel, want onze vrijheid heeft de macht keuzen te maken voor altijd, onomkeerbare keuzen. Ook al kunnen wij oordelen dat een daad op zichzelf een zware fout is, het oordeel over personen moeten wij overlaten aan de rechtvaardigheid en de barmhartigheid van God.