15 augustus 1997
Een oud gebed bezingt het mysterie van de Eucharistie als volgt: "O heilig gastmaal, waar Christus ons voedsel is, waar de herinnering aan zijn lijden wordt opgewekt, waar de genade onze ziel vervult, waar ons het onderpand van het toekomstige leven gegeven wordt". Als de Eucharistie de gedachtenis van het Paasmysterie van de Heer is, als wij door onze Communie aan het altaar "met hemelse zegen en genade verzadigd worden",H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Eucharistisch gebed I, "Supplices te rogamus", vert. Altaarmissaal (NL), LI; Missaal voor Zon en Feestdagen (B), 265 dan is de Eucharistie ook een vooruitlopen op de hemelse heerlijkheid.
"Tijdens het laatste Avondmaal, in de nacht waarin Hij werd overgeleverd, heeft onze Verlosser het eucharistisch offer van zijn lichaam en bloed ingesteld, om het kruisoffer door de eeuwen heen te bestendigen tot aan zijn wederkomst en zo aan zijn geliefde bruid, de Kerk, een gedachtenisviering van zijn dood en verrijzenis toe te vertrouwen: Sacrament van goedheid, teken van eenheid, band van liefde, Paasmaaltijd, waarbij Christus genuttigd, het hart met genade vervuld en ons een onderpand van de toekomstige heerlijkheid wordt gegeven". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 47. vert. uit Lat.
De heilige Thomas vat de verschillende dimensies van het sacramentele teken op de volgende wijze samen: "Het Sacrament is het teken dat gedenkt wat voorafgegaan is, te weten het lijden van Christus; het stelt in het licht wat in ons bewerkt wordt door het lijden van Christus, te weten de genade; het voorspelt, ik wil zeggen het kondigt op voorhand de komende heerlijkheid aan". H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. III,60,3