
15 augustus 1997
In zijn Pasen heeft Christus de bronnen van het doopsel voor alle mensen geopend. Hij had inderdaad reeds gesproken over zijn lijden dat Hij te Jeruzalem zou ondergaan, als over een "doopsel" waarmee Hij gedoopt moest worden (Mc. 10, 38). Vgl. Lc. 12, 50 Het bloed en het water die uit de doorstoken zijde van de gekruisigde Jezus vloeiden (Joh. 19, 34), zijn voorafbeeldingen van het Doopsel en de Eucharistie, Sacramenten van het nieuwe leven. Vgl. 1 Joh. 5, 6-8 sindsdien is het mogelijk "geboren te worden uit water en geest" om het rijk Gods binnen te gaan (Joh. 3, 5).
Kijk waar gij gedoopt zijt. Waar komt het Doopsel anders vandaan, dan van het kruis van Christus, van de dood van Christus. Heel het mysterie is hierin gelegen, dat Hij voor u geleden heeft. In Hem zijt gij vrijgekocht, in Hem zijt gij gered. H. Ambrosius van Milaan, Boek, Over de Sacramenten, De Sacramentis (1 jan 387), 6. 2,2,6: PL 16, 444, vert. uit Lat.