Met een nieuw Paus Franciscus - Motu Proprio
Antiquum ministerium
Waarmee de dienst van catechist ingesteld wordt
(10 mei 2021) stelt de paus de lekendienst van catechist(e) in om te beantwoorden aan een dringende nood aan evangelisatie wereldwijd.
Trouw aan het verleden en verantwoordelijkheid voor het heden zijn noodzakelijke voorwaarden voor de Kerk om haar zending in de wereld te kunnen blijven uitvoeren, schrijft paus Franciscus in het vandaag in Rome voorgestelde motu proprio Paus Franciscus - Motu Proprio
Antiquum ministerium
Waarmee de dienst van catechist ingesteld wordt
(10 mei 2021), waarmee hij de lekendienst van catechist officieel instelt. Tegen de achtergrond van de acute nood aan evangelisatie van de hedendaagse wereld en in het licht van de opkomst van een geglobaliseerde cultuur, is het noodzakelijk om die leken - mannen en vrouwen - die zich op grond van hun doopsel geroepen voelen om mee te werken aan het catechesewerk te erkennen. Tegelijkertijd benadrukt de paus het belang van oprechte interactie met jongeren en de behoefte aan creatieve methodologieën en middelen die nodig zijn om de verkondiging van het Evangelie te kunnen aanpassen aan de missionaire transformatie die de Kerk heeft ondernomen.
De nieuwe dienst heeft een oeroude oorsprong, die teruggaat tot het Nieuwe Testament: het wordt bv. vermeld in het Evangelie van Lucas en in de brieven van Paulus aan de Korintiërs en die aan de Galaten, zij het in een semigenerieke vorm. Maar de geschiedenis van de evangelisatie in de afgelopen twee millennia, schrijft paus Franciscus, laat duidelijk de doeltreffendheid zien van de zending van catechisten, die hun leven hebben gewijd aan catechetisch onderricht, opdat het geloof een doeltreffende steun zou zijn voor het leven van elk mens - zelfs tot het punt waarop zij bereid waren hun eigen leven daarvoor op te offeren. Sinds het Tweede Vaticaans Concilie is het bewustzijn almaar meer gegroeid dat de rol van de catecheten van het grootste belang is voor de ontwikkeling van de christelijke gemeenschap 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de missie-activiteit van de Kerk, Ad Gentes Divinitus (7 dec 1965), 17.
Ook in onze tijd, schrijft de paus, verrichten vele bekwame en toegewijde catechisten (...) een missie die van onschatbare waarde is voor de overdracht en groei van het geloof, terwijl een lange rij van zaligen, heiligen en martelaren die catechist waren, de missie van de Kerk aanzienlijk heeft bevorderd. Dit vertegenwoordigt een rijke bron, niet alleen voor de catechese, maar ook voor de hele geschiedenis van de christelijke spiritualiteit.
Zonder op enigerlei wijze afbreuk te doen aan de opdracht van de bisschop als de voornaamste catechist in zijn bisdom, noch aan de bijzondere verantwoordelijkheid van de ouders voor de christelijke vorming van hun kinderen, erkent de paus het belang van lekenmannen en -vrouwen die meewerken in dienst van de catechese en erop uittrekken om alle mensen te ontmoeten die ernaar uitkijken de schoonheid, goedheid en waarheid van het christelijke geloof te kunnen ontdekken. Hij onderstreept dat het de taak van de pastores is om hen in dit proces te ondersteunen en het leven van de christelijke gemeenschap te verrijken door de erkenning van lekenambten die kunnen bijdragen aan de transformatie van de samenleving door de sociale, politieke en economische sectoren te laten doordingen van christelijke waarden.
Elke catechist, zegt paus Franciscus, moet een getuige van het geloof zijn, een leraar en mystagoog (die inwijdt in de mysteriën, redactie), een begeleider en pedagoog, die onderwijst voor de Kerk. Catechisten, voegt hij eraan toe, zijn allereerst geroepen om deskundig te zijn in de pastorale dienst van het overbrengen van het geloof, vanaf de eerste verkondiging van het kerygma (de essentie van de prediking betreffende Gods verlossend werk in Christus) tot de voorbereiding op de initiatiesacramenten (doopsel, vormsel en eerste communie), en tijdens het hele proces van permanente vorming. Dit alles is mogelijk, schrijft hij, alleen door gebed, studie en directe deelname aan het leven van de gemeenschap, zodat catechisten kunnen groeien in hun identiteit en in de integriteit en verantwoordelijkheid die deze identiteit met zich meebrengt.
Het ontvangen van de lekendienst van catecheet zal de missionaire inzet die eigen is aan elke gedoopte nog meer benadrukken, besluit de paus, een inzet die echter moet worden uitgevoerd op een volledig 'seculiere' manier, waarbij elke vorm van klerikalisering wordt vermeden.
Bron: Vaticannews
Zie de Nederlandstaligee vertaling van het volledige Motu Proprio Paus Franciscus - Motu Proprio
Antiquum ministerium
Waarmee de dienst van catechist ingesteld wordt
(10 mei 2021)
Zie ook het dossier Catechist in welke documenten al nadrukkelijk over de dienst van de catechist gesproken is, zeker vanaf Vaticanum II.
Publicatiedatum: 11 mei 2021
Laatst bewerkt: 11 mei 2021