(kerknet.be) - Paus Franciscus heeft vanmorgen decreten ondertekend voor de erkenning van twee wonderen. Het eerste wordt toegeschreven aan de voorspraak van de zalige John Henry Newman, de Engelse bekeerling en kardinaal die in 1801 in Londen werd geboren en overleed op 11 augustus 1890. De paus erkende eveneens een wonder van de Indiase zalige en ordestichster Maria Teresa Chiramel Mankidiyan (1876 – 1926). Hiermee zetten beiden een belangrijke stap op weg naar hun heiligverklaring, die wellicht al in de missiemaand oktober zal plaatsvinden.
De paus erkende ook het martelaarschap van Salvatore Vittorio Emilio Moscoso Cárdenas s.j. (1846 – 1897) en de heroïsche deugden van de Hongaarse kardinaal Joseph Mindszenty (1892 -1975), de Italiaanse priester en ordestichter Giovanni Battista Zuaboni (1880 -1939), de Spaanse jezuïet Emanuele García Nieto (1894 – 1974), de Italiaanse ordestichtster Serafina Formai (1876 -1954) en de Colombiaanse ordestichtster Maria Berenice Duque Hencker (1898 -1993).
John Henry Newman was een Britse anglicaanse theoloog die zich in 1845 op 44-jarige leeftijd tot het katholicisme bekeerde. In 1847 werd hij tot katholiek priester gewijd. Paus Leo XIII creëerde hem in 1879 tot kardinaal hoewel hij geen bisschop was. Paus Benedictus XVI verklaarde hem zalig tijdens zijn bezoek aan het Verenigd Koninkrijk en sprak daarbij o.a. in Paus Benedictus XVI - Homilie
Tijdens de H. Mis waaronder de Zaligverklaring van Kardinaal John Henry Newman in Cofton Park of Rednal, Birmingham
(19 september 2010) uitgebreid over Kardinaal Newman.
De Hongaarse kardinaal József Mindszenty was een van de meest prominente kerkleiders in de periode van de Koude Oorlog. Hij werd al als jonge priesters in 1919 door het communistische bewind gearresteerd. In 1944 werd hij bisschop van Veszprem. Datzelfde jaar viel hij opnieuw in ongenade, dit keer bij de fascisten. Na zijn vrijlating in 1945 werd hij aartsbisschop van Esztergom-Boedapest en een jaar later werd hij door paus Pius XII tot kardinaal gecreëerd. In 1949 werd hij na een schijnproces tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld. Pas in 1956 werd hij vrijgelaten. Nog datzelfde jaar moest hij naar de VS-ambassade vluchten omwille van zijn betrokkenheid bij de Hongaarse Opstand, die plaatsvond van 23 oktober tot 10 november 1956. Hij verbleef 15 jaar als politieke vluchteling in de ambassade van de VS. Daar heeft hij een leven van gebed en stilte geleid, tot hij zich in 1971 uiteindelijk in Wenen kon vestigen.
Bron: VIS
Publicatiedatum: 13 februari 2019
Laatst bewerkt: 15 februari 2019