Paus Franciscus heeft dinsdag in audiëntie een delegatie ontvangen van de Internationale Raad van Christenen en Joden.
Hij zei daarbij dat het document 2e Vaticaans Concilie - Verklaring
Nostra Aetate
Over de houding van de Kerk tegenover niet-christelijke godsdiensten
(28 oktober 1965) van het Tweede Vaticaans Concilie een definitief 'ja' betekent tegen de Joodse wortels van het Christendom en een onverbiddelijk 'nee' tegen antisemitisme.
Broeders en zusters
"Onze verdeelde menselijkheid, wantrouwen en trots zijn overwonnen dankzij de geest van de almachtige God, zodat vertrouwen en broederschap onder ons zijn blijven groeien, aldus de Paus. "We zijn geen vreemdelingen meer, maar vrienden en broeders en zusters."
Torah
"Christenen geloven dat Jezus Christus het Woord van God is dat vleesgeworden is in de wereld; voor Joden is het Woord van God allereerst aanwezig in de Torah", ging de Paus verder. "Beide tradities vinden hun fundament in de ene God, de God van het Verbond, die zichzelf in zijn Woord openbaart. Bij het zoeken van de juiste houding tegenover God, wenden Christenen zich tot Christus als de bron van nieuw leven, en Joden tot het onderwijs van de Torah." In zijn nieuwe encycliek Paus Franciscus - Encycliek
Laudato Si
Wees geprezen - over de zorg voor het gemeenschappelijke huis
(24 mei 2015) bezigt de Paus meerdere malen het begrip 'judeo-christelijk'. (KN/Catholic Culture)
Publicatiedatum: 30 juni 2015
Laatst bewerkt: 3 juli 2015