Uittreksels uit het interview van Armin Schwibach (redacteur bij Kath.net) met de prefect van de Congregatie voor de Clerus, Mauro kardinaal Piacenza (oorspronkelijk gepubliceerd op 31 januari 2011)
Kath.net: Wat betekent het dat de priester “teken van tegenspraak” is in de huidige maatschappij, zoals u eens zei?
Kardinaal Piacenza: Degene die de Kerk en daarin het priesterschap voortdurend vernieuwt, is de Heilige Geest! Buiten een duidelijk pneumatische en daarom bovennatuurlijke visie is het onmogelijk ook alleen maar te denken aan vernieuwing.
Ik ben van mening dat dit juist een van de belangrijkste wegen is die men moet gaan: die van een duidelijk herstellen van de verticale, spirituele dimensie van het ambt. In de afgelopen decennia hebben teveel “reductionismen”, die door de zogenaamde theologie van de ontmythologisering werden bezield, als resultaat gehad dat het priesterschap eenvoudigweg werd veranderd in een “superambt” van kerkelijke bezieling en coördinatie Voor dit alles moeten de nieuwe generaties priesters voornamelijk worden gevormd door met zorg te vermijden dat men vervalt in de verleiding van wie het priesterschap zou willen “normaliseren” en denkt het op die manier meer aanvaardbaar te maken voor de jongeren en de mensen van onze tijd. Dat zou integendeel leiden tot een “woestijnvorming” van roepingen
Kath.net: De Heilige Vader Benedictus XVI zegt in zijn laatste boek-interview met Peter Seewald, “Licht van de wereld”: “Het is denkbaar dat de duivel het Jaar van de priester niet kon verdragen en ons toen het vuil in het gezicht heeft gegooid. Hij heeft de wereld willen laten zien wat er aan vuiligheid is onder de priesters”. Bent u van mening dat het toeval is dat juist gedurende het Jaar van de priester in niet weinig landen van de wereld het schandaal van seksueel misbruik is losgebarsten? En heeft de duivel uiteindelijk werkelijk verloren?
Kardinaal Piacenza: U weet goed dat het toeval niet bestaat! Er bestaan integendeel toevalligheden en vaker menselijke strategieën die zich blootstellen aan verschillende vormen van instrumentalisering van het kwaad. Het is noodzakelijk vóór alles eraan te herinneren dat de duivel gedurende het Jaar van de priester niet heeft gewonnen, toen hij “het vuil in het gezicht heeft gegooid”, maar veeleer, toen enkele dienaren van God, jonge, onschuldige levens dodelijk hebben verwond.
Een dergelijke toestand die dramatisch verontrustend is, zou zelfs kunnen leiden tot wanhoop, als wij niet zeker ervan waren dat de duivel, die helaas vele veldslagen wint, zijn eigen oorlog definitief al heeft verloren, aangezien hij is verslagen door de verlossende dood van onze Heer Jezus Christus en door zijn glorievolle verrijzenis.
Kath.Net: Hoe verklaart men de “roepingencrisis” in de huidige westerse samenlevingen?
Kardinaal Piacenza: De zogenaamde roepingencrisis, die men in werkelijkheid langzamerhand te boven is aan het komen, houdt in wezen verband met de geloofscrisis in het westen. Daar waar deze is, moet men toegeven dat in werkelijkheid de roepingencrisis een geloofscrisis is In dezelfde kringen is de heiliging van het feest in crisis, is de biecht in crisis, is het huwelijk in crisis etc. De secularisatie en het daaruit volgende verlies van het gevoel voor het sacrale, het geloof en het praktiseren ervan hebben een belangrijke vermindering van het aantal kandidaten voor het priesterschap bepaald en bepalen dit.
In dit panorama vertegenwoordigen een prijzenswaardige uitzondering, vol van enthousiasme en hoop, de bewegingen en de nieuwe gemeenschappen, waarin het geloof op een pure en directe wijze wordt beleefd. Het eerste en onmisbare geneesmiddel tegen de daling van de roepingen heeft Jezus zelf gesuggereerd: “Vraagt daarom de Heer van de oogst arbeiders te sturen om te oogsten"
Daar waar een dergelijke biddende houding bestendig wordt beleefd, kan men zeggen dat er een waar herstel aan de gang is en dat in zekere zin de nacht voorbij is en het reeds dageraad wordt. Ik zou zozeer wensen dat ieder bisdom een centrum van, mogelijk eeuwigdurende, aanbidding had, juist voor deze intenties: heiliging van de clerus en roepingen.
Kath.net: Hoe belangrijk is volgens u de viering van de liturgie voor het wezen van het leven van de gemeenschap en ook voor de zending van een nieuwe evangelisatie van de landen van de oude kerstening?
Kardinaal Piacenza: De Heilige Vader heeft er meerdere malen aan herinnerd dat met de liturgie het geloof van de Kerk leeft of sterf. De oude zegswijze “lex orandi, lex credendi” behoudt vanzelfsprekend ook vandaag nog haar eigen geldigheid en doeltreffendheid. In niet weinig gevallen heeft de genoemde poging van ontmythologisering ook de liturgie meegesleept met als enig, verwoestend effect dat zij haar opnieuw en paradoxaal reduceerde tot “voorchristelijke riten”, symbolisch interpreteerbaar en blootgesteld aan ieder subjectivistisch en relativistisch afdrijven Dat men de liturgie heeft gereduceerd of gebanaliseerd, is een zeer zware verantwoordelijkheid, die ten zeerste samenhangt met dat verlies van het gevoel voor het sacrale waarvan het westen slachtoffer is geworden en dat, nogmaals, voortvloeit uit de radicale ontmythologisering waarvan een bepaalde theologie zich promotor heeft gemaakt in de mening dat zij “wetenschappelijk” is.
(Met dank aan de heer Drs. H. Kretzers voor de vertaling van dit interview vanuit het Italiaans!)
Publicatiedatum: 16 februari 2011
Laatst bewerkt: 31 augustus 2013