Dierbare jeugd, broeders en zusters in onze Heer Jezus Christus

Dit is een heel bijzondere, werkelijk betekenisvolle gebeurtenis. Op deze morgen hoort de paus tot de jeugd van Ierland! Op dit ogenblik heb ik gewacht. Ik heb ervoor gebeden dat ik jullie harten zou mogen raken met de woorden van Jezus. Ik zou hier in herinnering willen roepen wat ik als bisschop van Krakau zo dikwijls gezegd en als opvolger van Petrus herhaald heb: Ik geloof in de jeugd! Ik geloof in de jeugd met heel mijn hart en met heel de kracht van mijn overtuiging. En vandaag zeg ik : Ik geloof in de jeugd van Ierland! Ik geloof in jullie die hier voor mij staan, in ieder van jullie.

Wanneer ik jullie hier zie, dan zie ik het Ierland van de toekomst voor mij staan. Morgen al zullen jullie de levende kracht zijn van jullie land. Jullie zijn het die zullen beslissen wat of er uit Ierland zal worden. Morgen zullen jullie- als technici of wetenschappers, als verplegers of sekretaressen, als boeren of handelslieden, als artsen of ingenieurs, als priesters of als religieuzen – over de macht beschikken om dromen werkelijkheid te laten worden. Morgen zal Ierland van jullie afhangen. Als ik jullie verzameld zie rondom dit altaar en jullie hoor bidden , dan zie ik de toekomst van de Kerk voor mij staan. God heeft met de Kerk van Ierland Zijn plan, maar voor de uitvoering daarvan heeft Hij jullie nodig. Wat de Kerk in de toekomst zal zijn, hangt af van jullie vrije medewerking met de genade Gods.

Maar wanneer ik de duizenden jongeren hier voor mij zie staan, dan staan mij ook de uitdagingen voor ogen waar jullie je voor gesteld zien. Jullie zijn hier gekomen vanuit de parochies als de vertegenwoordigers van al degenen die er niet bij konden zijn. In jullie hart dragen jullie het rijke erfgoed dat jullie hebt ontvangen van jie ouders, van jullie leraren en priesters. In jullie hart dragen jullie de schatten die de Ierse geschiedenis en cultuur aan jullie hebben overgedragen, maar jullie delen ook in de problemen waarmee Ierland op het ogenblik geconfronteerd wordt.

Vandaag is het voor het eerst sinds de heilige Patrick aan de Ieren het geloof verkondigde, dat de opvolger van Petrus uit Rome is gekomen en zijn voet op Ierse bodem heeft gezet. Terecht vragen jullie je af welke boodschap hij komt brengen, en welke woorden hij tot de jeugd van Ierland zal spreken. Mijn boodschap kan geen andere zijn dan de boodschap van Christus, mijn woorden kunnen slechts het Woord van God verkondigen.

Ik ben niet hierheen gekomen om een antwoord te geven op al jullie afzonderlijke problemen. Jullie hebben jullie bisschoppen, die de plaatselijke situaties en problemen kennen; jullie hebben jullie priesters, met name die priesters die zich wijden aan de veeleisende maar tegelijk zo lonende zielzorg onder de jeugd. Zij kennen jullie persoonlijk en zullen jullie helpen het juiste antwoord te vinden. Toch heb ik het gevoel jullie te kennen, want ik ken en begrijp jonge mensen. En ik weet dat jullie, net zo als jullie leeftijdsgenoten in andere landen, onder de indruk zijn van de gebeurtenissen in de maatschappij rondom jullie. Hoewel jullie nog in een klimaat leven waar echte godsdienstige en zedelijke beginselen worden hoog gehouden, moeten jullie toegeven dat jullie trouw aan deze beginselen op velerlei wijze op de proef gesteld wordt. De godsdienstige en zedelijke traditie van Ierland, de eigenlijke ziel van Ierland, wordt aan verleidingen blootgesteld die geen enkele samenleving vandaag de dag ontzien. Zoals aan zoveel andere jonge mensen in verschillende delen van de wereld, zal men ook tot jullie zeggen dat de dingen moeten veranderen, dat jullie meer vrijheid moeten hebben, dat jullie anders moeten denken dan jullie ouders en dat de beslissingen over jullie leven van jullie, en alléén van jullie afhangen.

Het perspectief van een voortschrijdende economische ontwikkeling en de mogelijkheid een groter aandeel te krijgen aan de goederen die de moderne maatschappij te bieden heeft, zal jullie een gunstige gelegenheid lijken om meer vrijheid te verkrijgen. Je zou in de verleiding kunnen komen om te denken dat je des vrijer kunt zijn van elke soort van binding in de mate dat je meer bezit. En om meer te verdienen en meer te bezitten, om inspanningen en zorgen aan de kant te kunnen zetten, zou je in de verleiding kunnen komen om, waar het om eerlijkheid, waarheid en werk gaat, daden te stellen die moreel niet in de haak zijn. De vooruitgang van de wetenschap en de techniek schijnt onvermijdelijk, en je zou je kunnen laten verleiden om het antwoord op al jullie problemen te verwachten van de vertechniseerde maatschappij.

De verleiding tot genot, waar en wanneer het zich ook aanbiedt, zal sterk zijn en zich aan jullie aandienen als een onderdeel van de groei naar een grotere autonomie en vrijheid van wetten. De wens om van uitwendige opgelegde beperkingen vrij te komen, zal met name op het gebied van de seksualiteit sterk zijn, omdat dit gebied zo ten nauwste verbonden is met de individuele menselijke persoon. De zedelijke beginselen, die kerk en samenleving zo lange tijd hoog gehouden hebben, worden voorgesteld als verouderd en als een hindernis voor de volledige ontwikkeling van jullie persoonlijkheid. Massamedia, ontspanning en literatuur zullen jullie een levensmodel voorhouden waarin de enkeling maar al te dikwijls als zichzelf genoeg wordt voorgesteld, en waarin de onbeperkte zelfontplooiing geen ruimte meer overlaat voor de zorg van anderen. Men zal jullie vertellen dat jullie godsdienstige gebruiken hopeloos achterhaald zijn en dat ze een-sta-in-de-weg zijn voor jullie levenswijze en voor jullie toekomst. Jullie kunnen - zo zal men zeggen - met alles wat de sociale en wetenschappelijke vooruitgang te bieden heeft, zelf jullie leven gestalte geven, en God heeft daarin geen rol meer te spelen. Zelfs heel wat godsdienstige mensen zullen deze houding aannemen, omdat ze die in hun omgeving als het ware inademen zonder dat ze het praktische atheïsme bemerken dat er aan ten grondslag ligt.

Een maatschappij die op deze manier haar hogere godsdienstige en zedelijke beginselen heeft opgegeven, wordt maar al te gemakkelijk de speelbal van manipulatie, en kan worden beheerst door krachten die haar onder het voorwendsel van een grotere vrijheid steeds meer tot slavernij brengen. Ja, dierbare jonge mensen, sluit jullie ogen niet voor deze morele ziekte die onze hedendaagse samenleving aantast, en waarvoor jullie jong-zijn alleen je niet beschermen kan. Hoeveel jongeren hebben al schade opgelopen aan hun geweten en hebben de echte levensvreugde ingeruild voor drugs, seks, alcohol, vandalisme en het loutere streven naar materieel bezit!

Er is iets anders nodig: iets dat jullie alleen in Christus vindt, want Hij alleen is de maatstaf die je moet gebruiken om aan je leven waarde te geven. In Christus zal je de ware grootte van je mens-zijn ontdekken. Hij zal je inzicht geven in je waarde als mens, “geschapen naar Gods beeld en gelijkenis” (Gen. 1, 26). Christus heeft de antwoorden op jullie vragen en de sleutel tot de geschiedenis. Hij heeft de macht om harten op te beuren. Hij houdt niet op je te roepen. Hij houdt niet op je uit te nodigen. “Hij, de weg, de waarheid en het leven” (Joh. 14, 6). Ja, Christus roept jullie, maar Hij roept jullie in waarachtigheid. Zijn roep stelt eisen, omdat Hij van je verlangt dat je je ten volle en helemaal aan Hem overgeeft, zodat heel je leven in een ander licht komt te staan. Hij is de Zoon van God die je liefhebbende gelaat van de Vader openbaart. Hij is de Leraar, de enige wiens leer niet voorbij gaat, de enige die met geloofwaardig gezag onderricht. Hij is de Vriend die tot zijn leerlingen zei: “Ik noem jullie geen dienaars meer...; Ik heb jullie vrienden genoemd” (Joh. 15, 15). En Hij heeft Zijn vriendschap bewezen doordat Hij voor jullie zijn leven gaf. Zijn roep stelt eisen, want Hij heeft ons geleerd wat het betekent werkelijk mens te zijn. Als je geen aandacht schenkt aan de roep van Jezus, kun je niet ten volle begrijpen waartoe je mens bent. Je moet op het fundament bouwen dat Christus is (1 Kor. 3, 11); alleen in Hem heeft je leven zin in waarde!

Jullie zijn afkomstig uit katholieke gezinnen. Regelmatig gaan jullie naar de Mis en ontmoeten jullie Christus in de heilige communie, op zondag en ook door de week. Velen van jullie bidden iedere avond thuis in het gezin, en ik hoop dat jullie ook later in je leven aan deze gewoonte trouw zullen blijven. En toch kan het gebeuren dat jullie in de bekoring komt om van Christus heen te gaan, vooral wanneer je in het leven van menigeen onder je kameraden de tegenspraak constateert tussen hun geloofsbelijdenis en hun feitelijk gedrag. Maar ik zou jullie dringend willen vragen: sla steeds acht op de roep van Christus want alleen Hij kan jullie de ware zin van leven en van alle aardse werkelijkheden leren.

Laat mij jullie in dit verband aan nog andere zin uit het evangelie herinneren, een zin waaraan wij niet kunnen nalaten te denken, ook al lijken ons de consequenties die eruit volgen maar moeilijk te aanvaarden. Het is de zin die Christus in de Bergrede gesproken heeft: “Bemint uw vijanden, doet goed aan wie u haten” (Lc. 6, 27). Jullie hebt al geraden dat ik bij het aanhalen van deze woorden van de Heiland aan die smartelijke gebeurtenissen denk die zich sinds tien jaar in Noord-Ierland voltrekken. Ik ben ervan overtuigd dat alle jonge mensen deze gebeurtenissen diep en smartelijk doorleven en dat ze in jullie harten diepe sporen nalaten.

Toch moeten deze gebeurtenissen, hoe smartelijk ze ook zijn, ook een aanleiding tot bezinning zijn. Zij vragen dat jullie je een innerlijk oordeel erover vormt, hoe je als jonge katholieken in deze Ierse samenleving staat.

Jullie hebben het woord van Jezus gehoord :,Bemint uw vijanden!’ Het gebod van Jezus betekent niet dat wij niet in liefde met ons vaderland verbonden zouden mogen zijn. De woorden van Jezus betekenen ook niet dat wij onverschillig zouden moeten blijven ten overstaan van de ongerechtigheid in haar verschillende tijdgebonden en historische verschijningsvormen. Deze woorden van Jezus schakelen alle haat uit. Ik vraag jullie eens hartgrondig na te denken over het volgende: Hoe zou het met het mensenleven gesteld zijn als Jezus deze woorden nooit gesproken had? Hoe zou het met de wereld gesteld zijn als wij in onze wederzijdse betrekkingen de voorrang zouden geven aan de haat onder de mensen, de klassen en de volkeren? Hoe zou de toekomst van de mensheid zich verder ontwikkelen wanneer wij de toekomst van het individu en van de volkeren zouden willen grondvesten op de haat?

Ten overstaan van de ervaringen uit de geschiedenis, en van bepaalde concrete gebeurtenissen zou men soms de indruk kunnen krijgen dat de liefde haar macht verloren heeft en het onmogelijk geworden is haar in de praktijk om te zetten. Toch, op de lange duur gezien, zal de liefde steeds blijven zegevieren. De liefde zal nooit het onderspit delven. Als dat niet zo was, dan zou de mensheid tot de ondergang veroordeeld zijn.

Dierbare jonge mensen, dit is de boodschap die ik vandaag tot jullie richt met het verzoek ze mee naar huis te nemen voor jullie gezinnen, jullie vrienden op school en op het werk. Wanneer jullie thuiskomen, vertel dan aan jullie ouders en aan ieder die het horen wil, dat de paus jullie vertrouwt en op jullie rekent. Zeg hun dat de jeugd de kracht van de paus is, en dat hij met haar zijn hoop op de toekomst en zijn bemoediging deelt.

Ik heb tot jullie recht uit mijn hart gesproken. Nu zou ik jullie nog iets willen vragen. Jullie weten dat ik vanuit Ierland naar de Verenigde Naties ga. De waarheid die ik hier aan jullie verkondigd heb, is dezelfde die ik, in een iets andere vorm, voor dat hoge forum van de naties zal verkondigen. Ik hoop dat jullie gebeden, de gebeden van de jeugd van Ierland, mij zullen begeleiden en mij bij deze belangrijke missie zullen steunen. Ik reken op jullie, omdat de toekomst van het menselijk leven op deze aarde, in ieder land en op de hele wereld op het spel staat. De toekomst van alle volkeren en naties, de toekomst van de mensheid zelf hangt er van af of de woorden die Jezus in de Bergrede gesproken heeft, of de boodschap van het evangelie weer gehoord wordt.

Moge de Heer Jezus steeds met jullie zijn! Met Zijn waarheid die jullie vrijmaakt Vgl. Joh. 8, 32 ; met Zijn Woord dat het geheim van het mens-zijn openbaart en de mens zijn mens-zijn onthult; met Zijn en verrijzenis, die jullie nieuw en sterk maakt. Laten we deze wens neerleggen aan de voeten van Maria, de Moeder van de Heer en Koningin van Ierland, het voorbeeld van de grenzenloze liefde en toewijding in de dienst aan de anderen. Jeugd van Ierland, ik houd van je! Jeugd van Ierland, ik zegen je in de Naam van onze Heer, Jezus Christus!