Paus Pius XII - 23 december 1945
Alle oosterse Kerken - zo leert de geschiedenis - zijn door de pausen van Rome steeds met de meest liefdevolle welwillendheid tegemoet getreden. Vol droefenis over haar uittreden uit de éne schaapstal en ,gedreven niet door een of andere menselijke overweging, maar door de liefde tot God en de ijver voor het gemeenschappelijk heil". Paus Leo XIII, Apostolische Brief, Praeclara gratulationis publicae (20 juni 1894). Acta Leonis XIII, t. XIV, p. 201 hebben zij haar dan ook herhaaldelijk uitgenodigd om zo spoedig mogelijk terug te keren tot die eenheid, waarvan zij zich zo jammerlijk hebben afgescheiden. Zij zijn er immers stellig van overtuigd, dat door een dergelijke vreugdevol herstelde eenheid zowel voor de gehele christenheid als in het bijzonder voor het Oosten zelf de overvloedigste vruchten zullen geplukt worden. Door een volkomen en volmaakte eenheid aller christenen moet het mystieke lichaam van Jezus Christus in elk van zijn ledematen immers wel tot grote wasdom komen.