Paus Franciscus - 25 juli 2021
Dierbare broeders en zusters, goeie dag!
Het Evangelie in de liturgie van deze zondag vertelt de bekende geschiedenis van de brood- en visvermenigvuldiging, waarmee Jezus ongeveer 5000 mensen verzadigt die naar Hem zijn komen luisteren. Vgl. Joh. 6, 1-15 Het is interessant te zien hoe dit wonder tot stand komt: Jezus schept geen broden en vissen uit het niets, maar begint met wat de leerlingen aanbrengen. Eén van hen zegt: “Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen, maar wat betekent dat voor zo’n aantal?” (Joh. 6, 9). Het is weinig, het is niets, maar voor Jezus is het genoeg.
Proberen wij ons nu in de plaats te stellen van die jongen. De leerlingen vragen hem te delen al wat hij heeft om te eten. Dat lijkt onzinnig. Waarom iemand beroven, bovendien een jong iemand, van wat hij mee heeft van thuis en dat hij met recht voor zichzelf mag houden? Waarom van de ene wegnemen wat niet volstaat om de anderen te verzadigen? Menselijk gesproken is dat niet logisch. Maar niet voor God. Of eerder, juist dank zij deze kleine gratuite, en bijgevolg heldhaftige gave, kan Jezus iedereen verzadigen. Dat is een grote les voor ons. Dat zegt ons dat de Heer veel kan doen met het beetje dat wij Hem ter beschikking stellen. Het zou mooi zijn ons elke dag de vraag te stellen: wat breng ik vandaag naar Jezus? Hij kan veel doen met ons gebed, met ons gebaar van liefde voor de anderen, zelfs met onze miserie die aan Zijn barmhartigheid toevertrouwd wordt .... Zo werkt God graag: Hij doet grote dingen met wat klein en gratuit is.
Alle hoofdrolspelers in de Bijbel – van Abraham tot Maria en tot de jongen van dit Evangelie – tonen deze logica van de kleinheid en de gave. De logica van de gave is zo verschillend van de onze. Wij proberen op te stapelen wat we hebben. Jezus vraagt daarentegen te geven, te verminderen. Wij vullen graag aan, wat erbij komt doet ons plezier. Jezus houdt van onthechting, iets wegdoen om het aan de anderen te geven. Wij willen vermenigvuldigen voor onszelf. Jezus waardeert het wanneer wij met anderen delen. Het is eigenaardig dat in de broodvermenigvuldigingen in de Evangelies, nooit het werkwoord “vermenigvuldigen” verschijnt. De gebruikte werkwoorden hebben zelfs een tegengestelde betekenis: “breken”, “geven”, “uitdelen”. Vgl. Joh. 6, 11 Vgl. Mt. 14, 19 Vgl. Mc. 6, 41 Vgl. Lc. 9, 16 Het echte wonder, zegt Jezus, is niet de vermenigvuldiging die hoogmoed en macht voorbrengt, maar het delen dat de liefde vergroot en dat God toelaat wonderen te verrichten ....
Ook vandaag lost het vermenigvuldigen van bezit de problemen niet op wanneer er geen rechtvaardige verdeling is. De tragedie van de honger komt ons hierbij voor de geest, die de meest kwetsbare mensen treft. Men heeft – officieel – berekend dat dagelijks ongeveer 7000 kinderen jonger dan 5 jaar, in de wereld sterven ten gevolge van ondervoeding. Tegenover zo’n schandaal, richt Jezus ook tot ons een uitnodiging, een uitnodiging die gelijkt op die de jongen uit het Evangelie kreeg, een jongen zonder naam en in wie wij ons allemaal kunnen herkennen: moed, geef het beetje dat je hebt, je talenten en bezit, stel het ter beschikking van Jezus en je broeders. Wees niet bang, niets gaat verloren want als je deelt, vermenigvuldigt God. Verjaag je valse bescheidenheid je ongeschikt te voelen, heb vertrouwen. Geloof in de liefde, in de kracht van dienstbaarheid, in de kracht van het gratuite.
Moge de Maagd Maria, die ja zei op Gods ongehoorde voorstel, ons helpen ons hart te openen voor de uitnodigingen van de Heer en de behoeften van de anderen.
We hebben zojuist de liturgie gevierd ter gelegenheid van de Eerste Mondiale Dag voor Grootouders en Ouderen. Een applaus voor alle grootouders! Grootouders en kleinkinderen, jong en oud hebben samen blijk gegeven van een van de mooie gezichten van de Kerk en hebben de verbondenheid tussen de generaties getoond. Ik nodig u uit deze dag in elke gemeenschap te vieren en grootouders en bejaarden te bezoeken, diegenen die het meest alleen zijn, om hun mijn Paus Franciscus - Boodschap
Ik ben met u alle dagen
Voor de 1e Werelddag voor Grootouders en de Ouderen (25 juli 2021)
(31 mei 2021). Ik vraag de Heer dat dit feest ons, die ouder zijn, mag helpen om in deze tijd van het leven gehoor te geven aan zijn oproep, en de samenleving de waarde te laten zien van de aanwezigheid van grootouders en ouderen, vooral in deze weggooicultuur. Grootouders hebben jongeren nodig en jongeren hebben grootouders nodig: zij moeten met elkaar praten, zij moeten elkaar ontmoeten! Grootouders hebben het sap van de geschiedenis dat opstijgt en kracht geeft aan de groeiende boom. Ik moet denken - ik geloof dat ik het eens geciteerd heb - aan die passage van een dichter: ‘Alles wat de boom heeft wat bloeit, komt van dat wat begraven is’. Zonder dialoog tussen jongeren en hun grootouders komt de geschiedenis niet vooruit, komt het leven niet vooruit: wij moeten dit weer oppakken, het is een uitdaging voor onze cultuur. Grootouders hebben het recht om te dromen door naar jongeren te kijken, en jongeren hebben het recht op de moed van profetie, door het sap van hun grootouders over te nemen. Alsjeblieft, doe dit: ontmoet grootouders en jongeren en praat, praat. Het zal iedereen gelukkig maken.
{...}