Paus Franciscus - 8 december 2020
De Heilige Schrift presenteert God behalve als Schepper als Degene die zorgt voor zijn schepselen, in het bijzonder Adam, Eva en hun kinderen. Hoewel op hem de vervloeking terugvalt vanwege de misdaad die hij heeft begaan, ontvangt dezelfde Kaïn van de Schepper een teken van bescherming, opdat zijn leven gewaarborgd is. Vgl. Gen. 4, 15 Vgl. Pauselijke Raad "Justitia et Pax", Compendium van de Sociale Leer van de Kerk (26 okt 2004), 488 Terwijl dit feit de onschendbare waardigheid van de persoon bevestigt, die geschapen is naar het beeld en de gelijkenis van God, laat het ook het goddelijk plan zien om de harmonie van de schepping te bewaren, omdat “vrede en geweld niet in hetzelfde huis kunnen wonen”.5 Juist de zorg voor de schepping ligt ten grondslag aan de instelling van de Sabbat, die behalve dat zij de goddelijke eredienst regelde, er op gericht was de maatschappelijke orde en de aandacht voor de armen te herstellen. Vgl. Gen. 1, 1-3 Vgl. Lev. 25, 4 De viering van een jubeljaar bij de terugkeer van het zevende sabbatjaar schonk de aarde, de slaven en degenen die schulden hadden, rust. In dit genadejaar zorgde men voor de meest kwetsbaren en bood men hun een nieuw levensperspectief, zodat er onder het volk geen enkele behoefte was. Vgl. Deut. 15, 4
Opmerkelijk is ook de profetische traditie waar het toppunt van het Bijbelse begrip van gerechtigheid zich manifesteert in de wijze waarop een gemeenschap omgaat met de zwaksten in haar midden. Daarom verheffen Amos Vgl. Amos 2, 6-8 en in het bijzonder Jesaja Vgl. Jes. 58 voortdurend hun stem ten gunste van de gerechtigheid voor de armen, die om hun kwetsbaarheid en gebrek aan macht alleen door God gehoord worden, die voor hen zorgt. Vgl. Ps. 34, 7 Vgl. Ps. 113, 7-8