Paus Franciscus - 8 december 2020
Jozef aanvaardde Maria onvoorwaardelijk. Hij vertrouwde op de woorden van de engel. “Het edele karakter van Jozefs hart was zo, dat hij datgene wat hij van de wet leerde, afhankelijk maakte van de liefde. Vandaag, in onze wereld waar psychologisch, verbaal en fysiek geweld tegen vrouwen zo duidelijk voorkomen, verschijnt Jozef als de figuur van een respectvolle en gevoelige man. Hoewel hij het grotere plaatje niet begrijpt, neemt hij de beslissing om Maria’s goede naam, haar waardigheid en haar leven te beschermen. In zijn aarzeling over hoe hij het best kon handelen, hielp God hem door zijn oordeelsvermogen te verlichten”. Paus Franciscus, Homilie, Villavicencio, Colombia, Tijdens de Mis en Zaligverklaringen (8 sept 2017). AAS 109 (2017), 1061.
Vaak gebeuren dingen in het leven waarvan we de betekenis niet begrijpen. Onze eerste reactie is vaak teleurstelling en opstandigheid. Jozef zet zijn eigen ideeën opzij om de loop van de dingen te aanvaarden en om ze, hoe mysterieus ze ook schenen, te omhelzen, om er verantwoordelijkheid voor te nemen en ze onderdeel te maken van zijn eigen geschiedenis. Als we niet in het reine zijn gekomen met onze eigen geschiedenis, zullen we niet in staat zijn om ook maar één stap vooruit te zetten, omdat we altijd gegijzeld zullen blijven door onze verwachtingen en de teleurstellingen die erop volgen.
De geestelijke weg waarop Jozef ons voorgaat, is er niet een die uitlegt, maar die aanvaardt. Alleen als gevolg van deze aanvaarding, deze verzoening, kunnen we voor het eerst een glimp opvangen van een bredere geschiedenis, een diepere betekenis. We kunnen haast een echo horen van het gepassioneerde antwoord van Job aan zijn vrouw, die hem had aangespoord om in opstand te komen tegen het kwaad dat hij had moeten verdragen, “Zullen we het goede uit Gods hand ontvangen, en het kwade niet ontvangen?” (Job 2, 10).
Het is bij Jozef zeker geen passieve berusting; hij is moedig en vastberaden actief. In onze eigen levens kunnen aanvaarding en verwelkoming een uitdrukking zijn van moed, een gave van de Heilige Geest. Alleen de Heer kan ons de kracht geven die nodig is om het leven te aanvaarden zoals het komt, met alle tegenstrijdigheden, frustraties en teleurstellingen van dien.
Jezus’ verschijning in ons midden is een gave van de Vader, die het ieder van ons mogelijk maakt om verzoend te worden met het vlees van onze eigen geschiedenis, ook als we die niet helemaal begrijpen.
Net zoals God tegen Jozef zei, “Zoon van David, wees niet bang!” (Mt. 1, 20), zo lijkt hij ook tegen ons te zeggen, “Wees niet bang!” Wij moeten alle boosheid en teleurstelling opzij zetten, en de manier omhelzen waarop de dingen gaan, ook als ze niet naar onze wens zijn. Niet slechts met berusting, maar met hoop en moed. Op deze manier worden we open voor een diepere betekenis. Onze levens kunnen wonderbaarlijk herboren worden, als we de moed vinden om ze te leiden volgens het Evangelie. Het maakt niet uit als het lijkt alsof alles fout is gelopen of als sommige dingen niet meer kunnen worden hersteld. God is in staat om bloemen te laten bloeien op steenachtige grond. Zelfs als ons hart ons aanklaagt, “God is groter dan ons hart, en Hij weet alles” (1 Joh. 3, 20).
Hier komen we opnieuw dat christelijke realisme tegen dat niets verwerpt van wat bestaat. De werkelijkheid, in al haar mysterieuze en onherleidbare complexiteit, is de drager van existentiële betekenis, met alle licht en schaduw van dien. Daarom kan de apostel Paulus zeggen, “Wij weten dat alle dingen samenwerken ten goede, voor hen die God liefhebben” (Rom. 8, 28). Waaraan de heilige Augustinus toevoegt, “zelfs dat wat kwaad wordt genoemd (etiam illud quod malum dicitur)”. H. Augustinus, Enchiridion ad Laurentium de fide et spe et caritate. 3.11, PL 40, 236 In dit grotere perspectief geeft het geloof betekenis aan elke gebeurtenis, hoe gelukkig of hoe droevig ook.
Maar we moeten niet denken dat geloven betekent, makkelijke en troostende oplossingen vinden. Het geloof dat Christus ons heeft geleerd, is wat we zien in Sint-Jozef. Hij ging niet op zoek naar kortere sluipweggetjes, maar trad de werkelijkheid met open ogen tegemoet en nam er persoonlijk verantwoordelijkheid voor.
Jozefs houding moedigt ons aan om anderen te aanvaarden en verwelkomen zoals ze zijn, zonder uitzondering, en om een bijzondere zorg te tonen voor de zwakken, want God verkiest wat zwak is. Vgl. 1 Kor. 1, 27 Hij is de “Vader der wezen en beschermer der weduwen” (Ps. 68, 6), die ons beveelt om de vreemdeling in ons midden lief te hebben. Vgl. Deut. 10, 19 Vgl. Ex. 22, 20-22 Vgl. Lc. 10, 29-37
Ik denk graag dat Jezus van Sint-Jozef inspiratie heeft gekregen voor de parabel van de verloren zoon en de barmhartige vader. Vgl. Lc. 15, 11-32