Paus Franciscus - 8 december 2020
Jozef zag Jezus dagelijks groeien “in wijsheid en in jaren en in gunst bij God en de mensen” (Lc. 2, 52). Zoals de Heer gedaan had met Israël, deed Jozef met Jezus, hij leerde Hem lopen door Hem bij de hand te nemen; hij was voor Hem als een vader die zijn kind optilt naar zijn wangen, zich over Hem heenbuigt en Hem te eten geeft. Vgl. Hos. 11, 3-4
In Jozef zag Jezus de tedere liefde van God, “Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen, zo ontfermt de Heer zich over die hem vrezen” (Ps. 103, 13).
In de synagoge, tijdens het bidden van de Psalmen, moet Jozef keer op keer hebben gehoord dat de God van Israël een God is van tedere liefde, Vgl. Deut. 4, 31 Vgl. Ps. 69, 16 Vgl. Ps. 78, 38 Vgl. Ps. 86, 5 Vgl. Ps. 111, 4 Vgl. Ps. 116, 5 Vgl. Jer. 31, 20 die goed is voor iedereen, wiens “ontferming zich uitstrekt over alles wat hij heeft gemaakt” (Ps. 145, 9).
De heilsgeschiedenis ontrolt zich “in verwachting boven verwachting” (Rom. 4, 18), door onze zwakheden heen. Maar al te vaak denken we dat God alleen door de betere delen van onszelf werkt; toch worden de meeste van zijn plannen verwerkelijkt in en dankzij onze broosheid. Zo kon de heilige Paulus zeggen, “Opdat ik niet verwaand zou worden, werd mij een doorn gegeven in het vlees, een boodschapper van Satan om mij te kwellen, opdat ik niet verwaand zou worden. Driemaal heb ik me hierom beroepen op de Heer, dat het me zou verlaten, maar Hij zei tegen mij, ‘Mijn genade is u genoeg, want kracht wordt in zwakheid volmaakt’” (2 Kor. 12, 7-9).
Omdat dit onderdeel is van het hele heilsgebeuren, moeten we leren om onze zwakheden te beschouwen met tedere ontferming. Vgl. Paus Franciscus, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de verkondiging van het Evangelie in de wereld van vandaag - Naar aanleiding van de Bisschoppensynode 2012 over de nieuwe evangelisatie, Evangelii Gaudium (24 nov 2013), 88.288
De boze laat ons onze broosheid zien en veroordelen, terwijl de Geest die aan het licht brengt met tedere liefde. Tederheid is de beste manier om de broosheid binnen in ons aan te raken. Met vingers wijzen en anderen veroordelen zijn vaak tekenen van een onvermogen om onze eigen zwakheden te aanvaarden, onze eigen broosheid. Alleen tedere liefde zal ons redden van de strikken van de beschuldiger. Vgl. Openb. 12, 10 Dat is waarom het zo belangrijk is om Gods barmhartigheid te leren kennen, in het bijzonder in het Sacrament van Verzoening, waar we zijn waarheid en tederheid ervaren. Paradoxaal genoeg kan de boze ook de waarheid tot ons spreken, maar hij doet dat alleen om ons te veroordelen. Wij weten dat Gods waarheid niet veroordeelt, maar ons verwelkomt, omarmt, ondersteunt en vergeeft. Die waarheid verhoudt zich altijd tot ons zoals de barmhartige vader in de parabel van Jezus. Vgl. Lc. 15, 11-32 Die komt naar buiten om ons te ontmoeten, herstelt onze waardigheid, zet ons terug op onze voeten en verheugt zich over ons, want, zoals de vader zegt, “Deze zoon van mij was dood en leeft weer; hij was verloren en is gevonden” (Lc. 15, 24).
Zelfs door Jozefs angsten heen was Gods wil, zijn geschiedenis en zijn plan, aan het werk. Jozef laat ons dus zien dat geloof in God ook het geloof inhoudt dat Hij zelfs door onze angsten, onze broosheden en onze zwakheden heen kan werken. Hij leert ons ook dat we temidden van de stormen van het leven nooit bang moeten zijn om de Heer onze koers te laten zetten. Er zijn momenten dat we volledig de regie willen hebben, maar God ziet altijd het grotere plaatje.